Montage en voorbereiding
Weerstand en compliantie observeren
WAARSCHUWING
Risico vanwege accessoire componenten in
het beademingscircuit
Bij het gebruik van extra componenten of
slangconfiguraties die afwijken van het
standaard beademingscircuit kunnen de
inspiratoire en expiratoire weerstandwaarden
hoger worden dan de standaard vereisten.
Indien dergelijke configuraties worden
gebruikt, dient de gebruiker met name te
letten op de meetwaarden.
WAARSCHUWING
Risico op verhoogde terugademing
Lekkage tussen de binnen- en buitenslang
van een coaxiaal beademingscircuit kunnen
tijdens de lekkagetest niet worden herkend.
Om een insufficiënte gasuitwisseling of CO
terugademing te voorkomen, de gemeten
gasconcentratie strikt in de gaten houden.
LET OP
Risico op verstoorde beeldvorming
Filters aan de patiëntzijde zijn mogelijk te zien als
artefacten op tomografiebeelden.
Sluit een 654 ST isoclic herbruikbare
bacteriefilter (onderdeelnummer 6733895) aan
op de inspiratiepoort en/of expiratiepoort van het
beademingssysteem.
74
LET OP
Risico vanwege misleidende gegevens
Het vervangen van beademingsslangen, filters,
verdampers of ademkalk, kan de vastgestelde
lekkagewaarden of compliantiewaarden van het
anesthesieapparaat wijzigen en daarmee de
therapie beïnvloeden.
– Voer een lektest uit na het vervangen van
beademingsslangen, in het bijzonder bij
flexibele slangen, verdampers of ademkalk.
– Voer een lektest en een compliantietest uit na
het wijzigen van de lengte van uitrekbare
slangen.
LET OP
Risico vanwege gewijzigde slanglengtes
Gewijzigde slanglengtes kunnen weerstand en
compliantie wijzigen. Voor neonaten kan dit
leiden tot verhoogde of verlaagde
beademingsvolumes.
-
2
Gebruik vooral voor neonaten geen flexibele
slangen.
Gebruiksaanwijzing Fabius MRI SW 3.n