Vierde scan
Deze scan voert een controle uit op
beeldartefacten tijdens een scan met een
willekeurig gekozen spoel wanneer de Fabius MRI
in de MR-omgeving is geplaatst. Voer de scan uit
vóór de derde scan als deze met de hoofdspoel
moet worden uitgevoerd. Op deze wijze kunnen
dezelfde testinstellingen worden gebruikt als voor
de tweede scan.
Voorwaarde: de Fabius MRI staat op de
bedieningslocatie in de MR-omgeving.
Voer de scan uit:
1 Voer een willekeurig gekozen scan uit, bijv. een
scan die bijzonder gevoelig is voor
hoogfrequente storing.
Resultaat:
Verwijder de Fabius MRI uit de MR-omgeving als
er beeldartefacten optreden. Herhaal de scan
zodat de storingsbron kan worden gelokaliseerd.
Gebruiksaanwijzing Fabius MRI SW 3.n
Bijlage
225