Technische gegevens
Interface voor verdamper
Het anesthesieapparaat is uitgerust met een interlock systeem.
Na het verwijderen van de verdamper wordt de verbinding automatisch luchtdicht afgesloten.
De volgende verdampers kunnen worden gebruikt:
– Dräger-Vapor 2000 voor Halothaan
– Dräger Vapor 2000 voor Enfluraan
– Dräger-Vapor 2000 voor Isofluraan
– Dräger-Vapor 2000 voor Sevofluraan
Technische gegevens over de verdampers zijn te vinden in de bijbehorende gebruiksaanwijzing.
Gemeten waarde of
curve
PAW Ademwegdruk
(numeriek)
Ademwegdruk
(curve)
Manometer
(mechanisch)
MVe Expiratoire
minuutvolume
VTe
Expiratoir slagvo-
lume
Opmerking: Als de concentratie Desfluraan aan het einde van de uitademing boven de 12 % uitkomt,
kan de meetnauwkeurigheid van het ademvolume en minuutvolume meer dan 15 % afwijken.
RR
Ademfrequentie
FiO
O
-meting in de
2
2
hoofdstroom
1) Max. ±4 % van de gemeten waarde of ±2 hPa (±2 cmH
2) Getest onder standaard omstandigheden in overeenstemming met ISO 80601-2-13.
198
Bereik
Resolutie
–20 tot 99 hPa
1 hPa
(cmH
O)
(cmH
2
0 tot 99 hPa
(cmH
O)
2
–20 tot 80 hPa
2 hPa
(cmH
O)
(cmH
2
0 tot 32,0 L/min
0,1 L/min
0 tot 1500 mL
1 mL
2 tot 99 1/min
±1 1/min
(bpm)
(bpm)
10 tot 100 Vol%
1 Vol%
Nauwkeurigheid
1)
±4 %
O)
2
1,28 hPa (cmH
O)
2
±15 % of ±0,2 L/min,
afhankelijk van welke
waarde de hoogste is
2)
±15 %
of ±20 mL,
afhankelijk van welke
waarde de hoogste is
±1 1/min (bpm) van de
ingestelde waarde of
±5 %, afhankelijk van
welke waarde de hoog-
ste is
±2,5 Vol% +2,5 % van
de meetwaarden in
overeenstemming met
ISO 21647 en
ISO 80601-2-55
O), afhankelijk van welke waarde de hoogste is.
2
Gebruiksaanwijzing Fabius MRI SW 3.n
Toestand
O)
2
Gebaseerd op
20 °C (68 °F)
2)
Omgevingsdruk en
verzadigd gas
Gebaseerd op de
omgevingsdruk tij-
dens kalibratie