Dräger Fabius MRI Gebruiksaanwijzing pagina 18
Anesthesie-werkstation. software 3.n
Verberg thumbnails
Zie ook voor Fabius MRI:
- Gebruiksaanwijzing (240 pagina's) ,
- Beknopte gebruiksaanwijzing (8 pagina's) ,
- Aanvullingsdocument (8 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Voor de veiligheid van u en uw patiënten
WAARSCHUWING
Risico vanwege magnetische
aantrekkingskrachten
Op het apparaat geplaatste voorwerpen die
niet zijn bedoeld voor gebruik met dit
anesthesiesysteem kunnen sterk worden
aangetrokken door het magnetische veld.
– Voorwerpen die niet zijn goedgekeurd
voor gebruik met de Fabius MRI of in MR-
omgevingen mogen niet op het apparaat,
op het schrijfblad, of in de lade worden
geplaatst.
– Zet geen ferromagnetische hulpmiddelen
of apparatuur in de MR-omgeving.
– Ga zorgvuldig om met voedingskabels en
netstekkers, deze bevatten
ferromagnetische componenten.
– Voer geen onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden uit aan het
apparaat in een MR-omgeving.
WAARSCHUWING
Risico op apparaatstoringen
De D-Vapor is niet goedgekeurd voor gebruik
in MR-omgevingen.
Gebruik in MR-omgevingen alleen
verdampers van het type Vapor 2000.
WAARSCHUWING
Risico op verstoorde beeldvorming
Niet-gespecificeerde MR-compatibele
onderdelen die in een MR-omgeving worden
gebruikt, worden niet automatisch als MR-
veilig beschouwd.
De Fabius MRI is alleen als stand-alone
anesthesiesysteem goedgekeurd voor
gebruik in een MR-omgeving.
18
LET OP
Risico op het loskoppelen van de patiënt
Het onachtzaam plaatsen van slangen en kabels
kan de patiënt in gevaar brengen. Als het
apparaat wordt bewogen, kan de patiënt
losgekoppeld worden.
– Wees zorgvuldig bij het aanbrengen van de
slangen op de patiënt.
– Zorg ervoor dat de slangen voldoende lang
zijn.
– Wanneer het apparaat wordt bewogen, let
dan goed op de slangen en kabels die op de
patiënt zijn aangesloten.
WAARSCHUWING
Risico ten gevolge van een noodstop van de
magnetische resonantie-scanner
Als de patiënttafel tijdens een noodstop van
de magnetische resonantie-scanner naar de
beginstand wordt bewogen, kan de patiënt
onbedoeld worden losgekoppeld of
geëxtubeerd.
– Zorg ervoor dat de slangen voldoende
lang zijn.
– Zorg ervoor dat de slangen en kabels die
op de patiënt zijn aangesloten, niet
bekneld of geknikt kunnen raken, of
losgerukt kunnen worden.
OPMERKING
De apparaatsoftware van de Fabius moet door
deskundigen worden geïnstalleerd. Dräger raadt
aan om de installatie van de software door
DrägerService te laten uitvoeren.
Gebruiksaanwijzing Fabius MRI SW 3.n
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
