7636639 - 01 - 26082015
Wachttijd relatieve prio (3826)
Overdracht van prioriteit wordt uitgesteld met de hier ingestelde tijd.
Wachttijd parallelbedrijf (3827)
Gelijktijdig gebruik is mogelijk wanneer primaire pompen op zonne-energie
worden gebruikt als er voldoende zonne-energie beschikbaar is. Hiervoor
kan, naast de momenteel verwarmde opslagtank, de volgende opslagtank in
de prioriteitsvolgorde eveneens gelijktijdig worden verwarmd. Het inschake
len van de opslagtank voor gelijktijdig gebruik kan worden vertraagd en ge
trapt.
Vertraging secundaire pomp (3828)
De werking van de secundaire pomp van de warmtewisselaar/indirecte
spoel kan worden vertraagd om mogelijk te maken dat er koud water, dat
aanwezig zou kunnen zijn, eerst door de primaire kring kan worden ge
spoeld door de pomp.
Collectorstartfunctie (3830)
Als de temperatuur op de verzamelaar, als de pomp uit is, niet correct wordt
gemeten (bv. met vacuümbuizen), dan is er een periodieke inschakeling van
de pomp mogelijk.
Opgelet
De temperatuur op bepaalde verzamelaars kan niet correct worden
gemeten, als de pomp uitgeschakeld is. Om die reden moet de
pomp van tijd tot tijd worden ingeschakeld.
Min. Looptijd collectorpomp (3831)
De verzamelpomp wordt periodiek ingeschakeld gedurende de hier ingestel
de bedrijfstijd.
Collectorstartfunctie IN (3832) enCollectorstartfunctie UIT
(3833)
Het moment waarop de startfunctie van de verzamelaar start of stopt,
wordt hier ingesteld.
Gradient collector startfunc (3834)
Zodra er een temperatuurstijging op de verzamelaarsensor te zien is, scha
kelt de verzamelpomp in. Hoe hoger de hier geselecteerde waarde is, des te
groter moet de temperatuurstijging zijn.
Vorstbev collector (3840)
Om bevriezing van de verzamelpomp te voorkomen, wordt de verzamel
pomp bij vorstgevaar ingeschakeld.
Max temp bev collector (3850)
In geval van gevaar voor oververhitting wordt het opladen van de opslag
tank voortgezet om warmte af te voeren. Wanneer de veiligheidstempera
tuur van de opslagtank is bereikt, wordt het opladen van de opslagtank on
derbroken.
Verdamping warmtedrager (3860)
Pompbeveiligingsfunctie om oververhitting van de collectorpomp te voorko
men in geval van gevaar voor het verdampen van het warmtedragermedi
um op grond van hoge collectortemperatuur.
Antivries (3880)
Informatie over de gebruikte antivries.
Antivries concentratie (3881)
Invoeren van antivriesmiddel voor gebruiksmeting van zonne-energie.
Pomp capaciteit (3884)
Invoeren van het debiet van de gemonteerde pomp voor de berekening van
het ingebrachte volume om het gebruik te meten.
9 Instellingen
107