Download Print deze pagina

Joystick; Elektronische Afstandsbedieningen; Stuursysteem; Onderdelen Van De Dts-Trackpad - Mercury Marine Zeus 3000 Series Handleiding

Advertenties

Symptoom
Storingscode bewaking geactiveerd.

Joystick

Symptoom
De joystick bestuurt de boot niet.
Reactie op joystickcommando's is verkeerd of de
joystick werkt onafhankelijk van commando's.
De joystick werkt niet goed en er is een storingscode
ingesteld.
De joystick werkt niet—geen storingscode ingesteld,
cruise control ingeschakeld.

Elektronische afstandsbedieningen

Symptoom
Het is te moeilijk of te makkelijk om de hendel van de
ERC (elektronische afstandsbediening) uit de neutraal-
arreteerstand te halen.
Het is te moeilijk of te makkelijk om de ERC-hendel
door zijn bewegingsbereik te bewegen.
De ERC-hendel verhoogt het motortoerental, maar
schakelt niet in versnellingen en de boot beweegt niet.
De ERC-hendel bedient de motor en aandrijving, maar
de motor komt niet op vol gas.
De ERC-hendel bedient de motor en de aandrijving,
maar reageert niet lineair.
Als één ERC-hendel wordt bewogen, reageren beide
motoren.
De ERC-bediening, joystick en het stuurwiel werken
niet.

Stuursysteem

Symptoom
Het stuurwiel bestuurt de boot niet.
Het sturen gaat wel, maar de boot reageert minder
goed.

Onderdelen van de DTS-trackpad

NB: Zie Elektronische afstandsbedieningen voor nog meer situaties waarbij de ERC en trackpad betrokken zijn.
Symptoom
De bootbesturing blijft in de
aanlegmodus hangen.
90-8M0122560
MAART 2016
nld
Controleer de door Mercury goedgekeurde multifunctiedisplay op storingscodes van de motorbewaking
die aangeven dat het motorvermogen wordt begrensd. Laat het systeem bij een erkende Mercury
Diesel-reparatiewerkplaats controleren als er een storingscode wordt weergegeven.
Beide hendels van de afstandsbediening staan niet in neutraal. Zet de afstandsbedieningshendels op
neutraal.
Een of beide motoren lopen niet. Start de motor of motoren.
Zorg dat er bij de joystick geen radio's of andere bronnen van elektronische of magnetische
interferentie zijn.
Controleer de door Mercury goedgekeurde multifunctiedisplay op storingscodes van de motorbewaking
die aangeven dat het motorvermogen wordt begrensd. Laat het systeem bij een erkende Mercury
Diesel reparatiewerkplaats controleren als er een storingscode wordt weergegeven.
Schakel de cruise control uit.
Stel de arreteerspanning af. Zie hoofdstuk 1 – Elektronische afstandsbediening met twee hendels
(ERC) – Bediening en afstelling.
Stel de spanningsschroef van de hendel af. Zie hoofdstuk 1 – Elektronische afstandsbediening met
twee hendels (ERC) – Bediening en afstelling.
Draai de sleutel naar uit en weer naar aan.
Kijk naar de Alleen-gasknop op de DTS-trackpad. Als het lampje brandt, zet u de ERC-hendels in
neutraal en drukt u op de knop om de functie uit te schakelen.
Controleer het transmissievloeistofpeil en vul bij naar vereist. Zie hoofdstuk 4 - Onderhoud.
Schakel handmatig. Zie hoofdstuk 2 - Schakelen—Noodprocedure.
Neem contact op met een erkende Mercury Diesel reparatiewerkplaats.
Als de motor maar tot 50% van vol gas komt, controleer dan de Dock-knop op de DTS-trackpad. Als
het lampje brandt, zet u de hendels in neutraal en drukt u op de knop om de functie uit te schakelen.
Kijk op de door Mercury goedgekeurde multifunctiedisplay (MFD) om te zien of cruise control is
ingeschakeld. Zet cruise control uit.
Controleer of de schroef in goede staat verkeert. Controleer de door Mercury goedgekeurde
multifunctiedisplay op storingscodes van de motorbewaking die aangeven dat het motorvermogen
wordt begrensd. Als u deze vindt, laat het vaartuig dan nakijken bij uw erkende Mercury Diesel-
reparatiewerkplaats en overleg of er schroeven moeten worden vervangen.
Zet de schakelaar voor handmatig afstellen van de automatische vinnen los of zet de vinnen omhoog.
Kijk naar de Troll-knop op de DTS-trackpad. Als het lampje brandt, zet u de hendels in neutraal en
drukt u op de Troll-knop om de functie uit te schakelen.
Controleer of de Dock- (aanmeren) of Cruise Control-modus actief is. Schakel uit als een hiervan aan
staat.
Kijk naar de knop 1 Lever (1 hendel) op de DTS-trackpad. Als het lampje brandt, zet u de hendels in
neutraal en drukt u op de knop 1 Lever (1 hendel) om de functie uit te schakelen.
Schakel de dashboardbediening weer in. Druk op TRANSFER (Overdracht) op de DTS-trackpad.
(Alleen op boten met meerdere dashboards.)
Neem voor gebruik onder onvoorziene omstandigheden gas terug en schakel over op
joystickbediening om te sturen. Neem contact op met een erkende Mercury Diesel reparatiewerkplaats.
Controleer het vloeistofpeil van de stuuractuator en vul bij indien nodig. Zie hoofdstuk 4 - Onderhoud.
Zie Werking onder onvoorziene omstandigheden, stuur- en trimsysteem—Handmatige uitschakeling of
neem contact op met een erkende Mercury Diesel reparatiewerkplaats.
Draai de sleutel naar uit en weer naar aan.
Controleer en start de bakboordmotor.
Controleer de trimvinfunctie.
Controleer het vloeistofpeil van de stuuractuator en vul bij indien nodig. Zie hoofdstuk 4 - Onderhoud.
Neem contact op met een erkende Mercury Diesel reparatiewerkplaats.
Als de trackpadfuncties zijn ingeschakeld terwijl de motoren draaien en een van de motoren afslaat of wordt
uitgeschakeld, wordt de trackpad in die functie vergrendeld. Start de motor en sluit de functie af.
Hoofdstuk 6 - Problemen oplossen
Oplossing
Oplossing
Oplossing
Oplossing
Oplossing
Bladzijde 97

Advertenties

loading