Systeemconfiguratie
Opmerking: vergeet niet te controleren of de
luidsprekers correct zijn aangesloten. Terwijl het
testsignaal rond gaat controleert u of het geluid
ook werkelijk komt van de luidspreker die in de
display ˜ wordt aangegeven. Zou dat bij een
luidspreker niet kloppen, schakel de AVR dan uit
met de netschakelaar 1 en controleer de
luidsprekeraansluitingen en eventuele verbindin-
gen naar externe versterkers om er zeker van te
zijn dat alle luidsprekers met de juiste kanalen
zijn verbonden.
Nadat u de luidsprekerposities gecontroleerd
heeft, laat u het testsignaal weer rondgaan en
luistert u of een kanaal luider klinkt dan de
andere. Met de front luidspreker links als refe-
E op de afstandsbe-
rentie drukt u op
/
⁄
¤
diening om alle luidsprekers op hetzelfde niveau
te brengen. Merk op dat drukken op
het testsignaal op dat kanaal zal blijven om de
tijd te geven de afregeling te maken. Laat u de
toets los dan gaat de ruis na vijf seconden weer
rond. De cursor
u in beeld kan ook direct naar
›
de af te regelen luidspreker verplaatst worden
E toetsen op de afstandsbedie-
met de
/
⁄
¤
ning.
Ga door met het regelen van de afzonderlijke
luidsprekers tot ze alle hetzelfde volume hebben.
Merk op dat de regelingen alleen gemaakt die-
E op de afstands-
‹
›
nen te worden met
/
bediening, NIET met de volumeregeling.
Gebruikt u een geluidsdrukmeter (SPL) voor een
exacte instelling met het testsignaal, zet de
volumeregelaar d dan op –15 dB en stel
het niveau voor elk kanaal zo in dat de meter
75 dB aangeeft, C-gewogen, traag. (C-weighted,
slow). Nadat de instellingen zijn gemaakt draait
u het volume weer terug.
U kunt deze instellingen van elk kanaal ook
E te drukken
geheel zelf maken door op
⁄
/
¤
tot de cursor ➔ op de regel
TEST TONE
in het menu staat om vervolgens met
SEQ
E
(handbediening) te markeren.
MAN
In de
functie start het testsignaal
MAN
ook direct, maar gaat alleen naar een andere
E. te drukken. Wan-
luidspreker door op
/
‹
›
neer de handinstelling actief is kan de testtoon
worden uitgeschakeld door op
⁄
/
¤
drukken tot de cursor ➔ op de regel
E
staat en dan met
/
TONE
OFF
‹
›
te markeren.
De laatste optie voor klankregeling in het menu-
systeem is het ingebouwde testsignaal helemaal
niet te gebruiken. Doe dat door op
drukken om het kanaal te veranderen en met
E het uitgangsniveau te veranderen. Bij
/
⁄
¤
het maken van correcties aan het uitgangsniveau
zonder het ingebouwde testsignaal raden wij u
dringend aan een test-CD in de herhaalfunctie te
gebruiken op uw CD of DVD speler zodat het
signaal gedurende het gehele instelproces con-
stant blijft.
Opmerking: het uitgangsniveau van de sub-
woofer kan niet gecorrigeerd worden met behulp
van het testsignaal. Om het niveau van de sub-
woofer te corrigeren volgt u de stappen voor het
instellen van het uitgangsniveau op pagina 36.
Wanneer alle kanalen hetzelfde niveau hebben is
E
‹
›
/
de afregeling gereed. Zet nu met volume d
het niveau op ca. –40 dB, anders zal het afspeel-
niveau te hoog zijn zodra de muziek begint te
spelen. Om dit menu te verlaten drukt u op
E tot de cursor
BACK TO MANUAL SETUP
op instellen F om het testsignaal uit te scha-
kelen en terug te keren naar het
MANUAL SETU
De uitgangsniveaus kunnen ook afgeregeld wor-
den door de afzonderlijke toetsen en het Semi-
OSD systeem te gebruiken. Om op deze manier
de uitgangsniveaus te regelen drukt u op test-
signaal 8. Vanaf het moment dat u op de
toets drukt gaat het testsignaal, zoals eerder
beschreven, rond. Het juiste kanaal vanwaar u
het testsignaal wilt horen, wordt aangegeven in
het onderste derde deel van het beeld en in de
display ˜. Als een extra aanwijzing wordt het
juiste kanaal, terwijl het testsignaal rondgaat,
ook aangegeven door de luidspreker/kanaal
keuze Ú, door een knipperende letter in het
correcte kanaal. Draai het volume d hoger
tot u de ruis duidelijk kunt horen.
/
‹
›
Om het uitgangsniveau te regelen drukt u op
E op de afstandsbediening tot het
/
⁄
¤
gewenste niveau in de display of in beeld wordt
aangegeven. Zodra u de toetsen loslaat gaat het
testsignaal na vijf seconden opnieuw rond.
E te
Wanneer alle kanalen hetzelfde uitgangsniveau
TEST
hebben, zet u met volume d het niveau op
(uit)
ca. –40 dB, anders zal het afspeelniveau te hoog
zijn zodra de muziek begint te spelen. Daarna
drukt u op testsignaal 8 om de testtoon uit
te schakelen en het proces af te ronden.
www.audiodna.sk
E te
/
⁄
¤
/
⁄
¤
u in beeld naast de regel
›
staat en u drukt
.
BELANGRIJK: se afregeling van het uitgangsni-
veau zal niet effectief zijn voor alle ingangen,
maar alleen voor de werkelijk geselecteerde sur-
roundfuncties. Om ook effectief te zijn voor een
andere functie, kiest u die functie (met welke
ingang dan ook) en u herhaalt de boven
omschreven inregeling. Zo kunt u verschillen in
niveaus tussen luidsprekers, die per surround-
functie kunnen verschillen, compenseren, of het
niveau van bepaalde luidsprekers opzettelijk ver-
hogen of verlagen, e.e.a. afhankelijk van de
gekozen surroundfunctie.
Opmerking: het uitgangsniveau kan niet wor-
den ingesteld in de Surround Off (uit) functie
daar geen surround luidsprekers worden
gebruikt en dan ook geen niveauverschillen kun-
nen optreden. Maar om niveauverschillen tussen
stereo en andere surround functies te compense-
ren (onafhankelijk van de gekozen ingang) kun-
nen de uitgangen worden gecorrigeerd met de
Level Trim Adjustment (niveau-instelling) op
pagina 40, ook voor de Surround Off (stereo)
functies.
SYSTEEMCONFIGURATIE 31