Sleutels, sloten en alarmsysteem
Sleutel
Sleuteloverzicht
LET OP
De sleutel beschermen tegen vocht en sterke tril-
▶
lingen.
De groeven in de sleutelbaard schoon houden.
▶
Het bereik van de sleutel bedraagt ongeveer
30 m. Het bereik van de sleutel kan verminderen
door bv. storing door andere zenders.
Probleemoplossing
De batterij in de sleutel is bijna ontladen
Na het drukken op een toets op de sleutel knippert
▶
het controlelampje niet.
Of:
Er wordt een melding weergegeven dat de batterij
▶
moet worden vervangen.
›
De batterij vervangen
» Pagina
De wagen kan met de afstandsbediening niet wor-
den ontgrendeld of vergrendeld
Hiervoor kunnen de volgende oorzaken zijn.
De batterij in de sleutel is ontladen.
▶
›
De batterij vervangen
» Pagina
De sleutel is niet gesynchroniseerd.
▶
De sleutel als volgt synchroniseren.
›
Een van de toetsen op de sleutel indrukken.
›
Het portier binnen 1 minuut met de sleutel via de
slotcilinder ontgrendelen
De sleutel moet worden gesynchroniseerd, indien
herhaaldelijk op een van de toetsen op de sleutel is
gedrukt buiten het werkingsgebied van de afstands-
bediening.
Wagen vergrendelen
Achterklep bedienen
Wagen ontgrendelen
Controlelampje voor
A
accutoestand
Knop voor uitklap-
B
pen en inklappen van
de sleutelbaard
17.
17.
» Pagina
18.
Sleutels, sloten en alarmsysteem ›
Batterij van sleutel vervangen
De nieuwe batterij moet dezelfde specificaties heb-
ben als de oorspronkelijke batterij.
plaatsen en aandrukken tot deze hoorbaar vast-
klikt.
Centrale vergrendeling
Werking
Centrale vergrendelingssysteem
Het systeem ontgrendelt en vergrendelt tegelijker-
tijd alle portieren en de achterklep.
Ontgrendelingsindicatie: tweemaal knipperen van
de knipperlichten.
Vergrendelingsindicatie: eenmaal knipperen van de
knipperlichten.
Het controlelampje in het bestuurdersportier knip-
pert na het vergrendelen van de wagen circa 2 s snel
achter elkaar, daarna begint het gelijkmatig en met
langere tussenpozen te knipperen.
Indien geen van de portieren of de achterklep
binnen 30 s na het ontgrendelen wordt geopend,
vergrendelt de wagen automatisch opnieuw.
Bediening
Middelen voor de bediening van de centrale ver-
grendeling
Sleutel.
» Pagina 17
▶
Sleutel
17
›
De sleutelbaard volle-
dig uitklappen.
›
Het batterijdeksel met
de duim of met een
platte schroevendraai-
er op de gemarkeerde
plaatsen losmaken.
›
Het batterijdeksel ope-
nen.
›
De batterij verwijde-
ren.
›
Een willekeurige toets
op de sleutel met radi-
ografische afstandsbe-
diening indrukken, de
sleutel voert een reset
uit.
›
De nieuwe batterij aan-
brengen.
›
Het batterijdeksel