16
Veilig en op de juiste wijze › Na een ongeval
Bij bijzonder hoge of bijzonder lage temperaturen
▶
bestaat er levensgevaar!
Na een ongeval
Wat te doen na een ongeval
Indien mogelijk de volgende aanwijzingen opvolgen.
›
Het contact uitschakelen.
›
De alarmlichten inschakelen.
›
De gevarendriehoek opzetten om de andere weg-
gebruikers te waarschuwen.
›
Een veilige afstand tot de wagen aanhouden.
›
Het ongeval melden bij de reddingsdiensten. Indien
het een wagen met hoogvoltaccu betreft de red-
dingsdiensten hierover informeren.
›
Wachten tot de reddingsdiensten zijn gearriveerd.
Indien bij een ongeval de airbags of de gordel-
spanners worden geactiveerd, vindt tegelijkertijd
ook de automatische deactivering van het hoogvolt-
systeem plaats.
Veiligheidssystemen
Na een ongeval zijn de veiligheidssystemen van de
wagen, bv. veiligheidsgordels en airbagsysteem mo-
gelijk buiten werking.
De veiligheidssystemen van de wagen, ook als
▶
geen belasting of activering heeft plaatsgevonden,
door een specialist laten controleren.
Beschadigde, belaste of geactiveerde onderdelen
▶
van de veiligheidssystemen door een specialist la-
ten vervangen.
Wat doen in geval van brand
Indien mogelijk de volgende aanwijzingen opvolgen.
›
Het contact uitschakelen.
›
De alarmlichten inschakelen.
›
De gevarendriehoek opzetten om de andere weg-
gebruikers te waarschuwen.
›
Een veilige afstand tot de wagen aanhouden.
›
De brand melden bij de reddingsdiensten. Indien
het een wagen met hoogvoltaccu betreft de red-
dingsdiensten hierover informeren.
›
Wachten tot de reddingsdiensten zijn gearriveerd.
WAARSCHUWING
Niet proberen om het vuur zelf te blussen.
▶
U niet begeven in de buurt van de brandende wa-
▶
gen.