VOORZICHTIG
De elektronische smartkey is een
●
elektronisch onderdeel. De
volgende instructies moeten in
acht worden genomen om schade
aan de elektronische smartkey te
voorkomen.
Plaats de smartkey niet in een
●
positie die wordt blootgesteld
aan hoge temperaturen, zoals
op het dashboard.
Knoei niet met de smartkey.
●
Sla geen andere objecten met
●
de smartkey en laat deze niet
vallen.
Dompel de sleutel niet onder in
●
water en reinig hem niet in een
ultrasonic scrubber.
Plaats geen smartkeys bij
●
apparaten die
elektromagnetische golven
uitzenden, zoals een mobiele
telefoon.
Bevestig geen voorwerpen
●
(zoals een metalen afdichting)
die elektromagnetische
golfsignalen blokkeren
wanneer u de kaart gebruikt.
U kunt voor hetzelfde voertuig
●
een reservesleutel registreren.
Neem in dat geval onmiddellijk
contact op met een officiële
BYD-dealer of een erkend
servicepunt.
Als de elektronische smartkey het
●
portier niet binnen de normale
afstand kan bedienen, of als de
indicator van de sleutel dimt of uit
is:
Controleer op radiostations in
●
de buurt of radiozenders op
VOORZICHTIG
luchthavens die de normale
werking van elektronische
slimme sleutels verstoren.
De batterij van een
●
elektronische smartkey kan
leeg zijn. Controleer de batterij
in de elektronische smartkey.
Het wordt aanbevolen om zo
snel mogelijk contact op te
nemen met een officiële BYD-
dealer of een erkend
servicepunt voor inspectie.
Als u uw smartkey verliest, wordt
●
aanbevolen om zo snel mogelijk
contact op te nemen met een
officiële BYD-dealer of een erkend
servicepunt om het risico op
autodiefstal of ongevallen te
verminderen.
Verander de zendfrequentie niet
●
willekeurig, verhoog het
zendvermogen niet (inclusief
extra zendfrequentieversterker),
sluit niet willekeurig de externe
detectieantenne aan of schakel
niet andere zendende
detectieantennes.
Veroorzaak geen schadelijke
●
interferentie met legitieme
radiocommunicatiediensten
wanneer deze worden gebruikt.
Stop onmiddellijk met het gebruik
zodra er interferentie is.
Het gebruik van
●
microradioapparatuur moet vrij
zijn van interferentie van alle
radiodiensten of van straling van
apparatuur voor industriële,
wetenschappelijke en medische
toepassingen.
03
51