Inhoudsopgave
Advertenties
omhoog om HDC in te schakelen en
blijft de HDC-statusindicator op het
instrumentenpaneel aan.
Regeling HDC-snelheid:
●
HDC is functioneel wanneer de
●
snelheid van het voertuig tussen 11
km/u en 38 km/u ligt. In dit geval
drukt u het gaspedaal of rempedaal
in of laat u deze los om de snelheid
aan te passen. De
pedaalontgrendeling bepaalt de
eindsnelheid. De HDC-
statusindicator knippert om aan te
geven dat de HDC werkt.
HDC deactiveren:
●
Zet de HDC-schakelaar omlaag om
●
HDC uit te schakelen en de indicator
op het instrumentenpaneel gaat
onmiddellijk uit.
HDC stopt ook automatisch wanneer
●
de snelheid meer dan ongeveer 65
km/u bedraagt.
HDC-storing:
●
In sommige speciale
●
omstandigheden, zoals bij een lang
stuk bergafwaarts, kan de HDC-
functie tijdelijk niet beschikbaar zijn
vanwege de hoge temperatuur van
de remmen.
Er verschijnt een bericht 'Please
●
check the HDC system' (controleer
alstublieft het HDC-systeem) voor de
veiligheid. Om de functie te
herstellen, stopt u het voertuig
totdat de remtemperatuur is
afgekoeld.
Bedieningsinstructies voor de
elektronische stabiliteitsregelaar
Werking van de ESC
●
Als er kans is op slippen of
●
terugglijden wanneer het voertuig
op een helling wegrijdt, of als een
van de aandrijfwielen doordraait,
knippert de indicator voor de
elektronische stabiliteitsregelaar om
aan te geven dat de elektronische
stabiliteitsregelaar werkt.
Elektronische stabiliteitsregelaar
●
uitschakelen
Als het voertuig vast komt te zitten
●
in sneeuw of modder, kan de
elektronische stabiliteitsregelaar het
vermogen van de aandrijfmotor
naar de wielen verminderen. In dit
geval moet u mogelijk het systeem
uitschakelen om los te komen.
Elektronische stabiliteitsregelaar
●
uitschakelen
Om de elektronische
●
stabiliteitsregelaar uit te schakelen,
tikt u op de knop ESC OFF op het
touchscreen. De elektronische
stabiliteitsregelaar controleert ook
de bedrijfsstatus in realtime. Als de
ESC OFF-schakelaar wordt ingedrukt
terwijl het elektronische
stabiliteitsregelaar-systeem werkt,
zal het systeem de actieve
interventiecontrole voltooien in
plaats van het commando
'Uitschakelen' onmiddellijk uit te
voeren. ESC wordt pas uitgeschakeld
nadat de interventiecontrole is
voltooid.
Nadat ESC is uitgeschakeld, worden
●
sommige van de gedeactiveerde
functies ingeschakeld als de knop
ESC OFF opnieuw wordt ingedrukt of
de voertuigsnelheid de drempel van
80 km/u overschrijdt. Om te
voorkomen dat de elektronische
stabiliteitsregelaar plotseling wordt
uitgeschakeld, kan de elektronische
stabiliteitsregelaar alleen opnieuw
worden geactiveerd als het zich niet
04
181
Advertenties
Inhoudsopgave
