10
Storingsinformatie
10
Bedrijf en service
10.1 Storingsinformatie
Foutengeheugen
Uitschakelreac-
ties
Directe uitschake-
ling
Snelstop met ver-
grendeling
Snelstop zonder
vergrendeling
158
De regelaar slaat de foutmelding op in het foutengeheugen P080. De regelaar slaat een
nieuwe fout pas op na acceptatie van de foutmelding. Het lokale bedieningspaneel geeft
de laatst opgetreden fout weer. Daardoor stemmen bij dubbele fouten de in P080 opge-
slagen waarde en de op het bedieningspaneel aangegeven waarden niet overeen. Dit
treedt bijvoorbeeld op bij F-07 DC link overvoltage en vervolgens F-34 Ramp timeout.
Op het moment van de storing slaat de regelaar de volgende informatie op:
•
opgetreden fout
•
status van de binaire ingangen / binaire uitgangen
•
bedrijfstoestand van de regelaar
•
regelaarstatus
•
koellichaamtemperatuur
•
toerental
•
uitgangsstroom
•
Wattstroom
•
belasting van de regelaar
•
tussenkringspanning
Afhankelijk van de storing zijn er drie uitschakelreacties.
Vergrendeling betekent: eindtrap geblokkeerd, reset vereist.
De regelaar kan de aandrijving niet meer afremmen. De eindtrap wordt in geval van sto-
ring hoogohmig en de rem valt direct in.
De regelaar remt de aandrijving af langs de stop-integrator t13. Bij het bereiken van het
minimumtoerental P301 valt de rem in. De eindtrap wordt hoogohmig. Bij P820 4 qua-
drant operation = No wordt niet met een integrator vertraagd, maar er wordt met gelijk-
stroom geremd.
De regelaar remt de aandrijving af langs de stop-integrator t13. Bij het bereiken van het
minimumtoerental P301 valt de rem in. Bij P820 4 quadrant operation = No wordt niet
met een integrator vertraagd, maar er wordt met gelijkstroom geremd.
Systeemhandboek – MOVITRAC® 07