Noodbesturing (nooddaalsysteem)
7
BA.NLD.20-32118-03-24-FTA-jr
Noodbesturing (nooddaalsysteem)
! GEVAAR
Bij een defect in de besturing en de voorzieningen
voor het nooddaalsysteem (noodbesturing, hand-
pomp, elektromagnetische kleppen enz.) is een
noodbesturing niet zonder gevaar mogelijk!
Om het personeel op het platform in veiligheid
te kunnen brengen, moet bij een defect in de be-
sturing en de voorzieningen voor het nooddaal-
systeem meteen de werking worden stopgezet
en de brandweer gecontacteerd!
Behalve de navolgende uitvoeringen dient u in het bijzonder de
veiligheidsaanwijzingen van hoofdstuk 1.2 in acht te nemen.
Het noodbesturingssysteem van de Ruthmann-Steiger TB 300 mag al-
leen voor het nooddaalsysteem of met het oog op onderhoud worden
gebruikt!
Het nooddaalsysteem van de Ruthmann-Steiger TB 300 mag alleen in
noodsituaties en met instemming van het bedieningspersoneel
plaatsvinden.
Uitval van de hoofdkracht-
bron.
Het bedieningspersoneel
op het werkplatform is niet
meer in staat om de be-
drijfsmatige Steigerbewe-
gingen uit te voeren.
Uitval van de elektrici-
teit/elektronica (extreem
geval)
Eerst altijd controleren of een NOODSTOP-schakelaar werd
ingedrukt, waardoor eventueel de besturing via de desbetref-
fende besturingspositie niet meer mogelijk is (
Nooddaalsysteem bij uitval van de
hoofdkrachtbron (voertuigmotor, hy-
draulische pomp enz.) en werking
van de elektriciteit/elektronica.
Nooddaalsysteem bij werking van de
hoofdkrachtbron en werking van de
elektriciteit/elektronica.
Nooddaalsysteem bij uitval van de
elektriciteit/elektronica.
®
STEIGER
TB 300
hoofdstuk 6.1).
7-1