06
100
Rijden
Werking
A. Toets P
Om de parkeerstand in te schakelen.
B. Toets Unlock
Om de transmissie te deblokkeren en, met
ingetrapt rempedaal, vanuit stand P een
andere stand in te schakelen of stand R in te
schakelen.
Houd deze toets ingedrukt voordat u de
selectiehendel beweegt.
C. Lampjes voor transmissiestand (R, N, D/B)
► Beweeg de hendel een of twee keer naar voren
(N of R) of naar achteren (N of D/B), indien nodig
tot voorbij het weerstandspunt.
De hendel gaat terug naar zijn oorspronkelijke
positie wanneer u de hendel loslaat.
Als u bijvoorbeeld van P naar R wilt schakelen,
duwt u de hendel twee keer naar voren zonder
het weerstandspunt te passeren of één keer naar
voren tot voorbij het weerstandspunt:
– In het eerste geval gaat de hendel van P naar N
en vervolgens van N naar R.
– In het tweede geval gaat de hendel meteen van
P naar R.
Regeneratief remmen
Met de Brake-functie en bij gas loslaten.
De Brake-functie bootst het afremmen op de
motor na en laat de auto afremmen zonder dat
de bestuurder het rempedaal hoeft in te trappen.
De auto remt sneller af als de bestuurder het
gaspedaal loslaat.
De energie die wordt teruggewonnen wanneer het
gaspedaal wordt losgelaten, wordt dan gebruikt
om de tractiebatterij gedeeltelijk op te laden,
waardoor de actieradius van de auto toeneemt.
De auto remt af, maar de remlichten gaan
niet branden.
► Beweeg de hendel vanuit stand D/B naar
achteren om de functie in of uit te schakelen.
De D op het instrumentenpaneel wordt vervangen
door een B.
De systeemstatus wordt niet opgeslagen bij het
afzetten van het contact.
In bepaalde omstandigheden
(bijvoorbeeld bij volledig opgeladen
tractiebatterij of extreme temperaturen) kan
de mate van regeneratief remmen tijdelijk
worden beperkt waardoor de auto minder sterk
afremt.
De bestuurder moet goed op het verkeer
letten en indien nodig altijd onmiddellijk het
rempedaal kunnen intrappen.
Met het rempedaal
Wanneer het rempedaal wordt ingetrapt, wint
het intelligente remsysteem automatisch een
deel van de energie terug, die vervolgens wordt
gebruikt om de tractiebatterij op te laden.
Deze energieterugwinning zorgt ook dat de
remblokken minder worden gebruikt en dus de
slijtage wordt beperkt.
Het intrappen van het rempedaal kan
anders aanvoelen dan bij een auto zonder
regeneratief remsysteem.
Rijstanden
Het aantal en type rijstanden zijn afhankelijk van
de motor en uitrusting van de auto.
De rijstanden kunnen met de volgende schakelaar
worden geselecteerd: