Als de auto niet stilstaat, wordt de motor
niet afgezet.
Als u het bestuurdersportier opent en de auto in
de stand "ACC" staat, klinkt een geluidssignaal.
F Druk nogmaals op de knop "START/STOP"
om naar de stand "OFF" te gaan.
Noodprocedure voor het
starten
Als de elektronische sleutel zich
in het detectiegebied bevindt en
uw auto niet start als u op de knop
"START/STOP" drukt, knippert
deze waarschuwingslamp op het
instrumentenpaneel.
F Zet bij uitvoeringen met een
handgeschakelde versnellingsbak de
versnellingshendel in de neutraalstand.
F Zet bij uitvoeringen met een ETG-
versnellingsbak de selectiehendel in de
stand N.
F Raak de knop "START/STOP" met de hoek
van de elektronische sleutel aan die zich het
dichtst bij het lampje bevindt. Er klinkt een
pieptoon wanneer de elektronische selutel
herkend wordt en de auto wordt in de stand
"ON" gezet.
F Trap bij uitvoeringen met een
handgeschakelde versnellingsbak het
koppelingspedaal volledig in.
F Trap bij uitvoeringen met een ETG-
versnellingsbak het rempedaal in.
F Controleer of het verklikkerlampje van het
"Keyless entry and start"-systeem op het
instrumentenpaneel groen wordt.
F Druk op de toets "START/STOP". De motor
wordt gestart.
Neem als de motor niet start contact op met
het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Noodprocedure voor het
afzetten van de motor
Uitsluitend in noodgevallen kan de motor
geforceerd worden afgezet. Hiervoor moet
u de knop "START/STOP" langer dan twee
seconden ingedrukt houden of de knop
minstens 3 keer achter elkaar indrukken.
In dit geval wordt het stuurslot vergrendeld
zodra de auto stilstaat.
Als de elektronische sleutel
niet wordt herkend
Als de elektronische sleutel zich niet meer in
het detectiegebied bevindt tijdens het rijden of
wanneer u (op een later moment) de motor wilt
afzetten, klinkt er een geluidsignaal om u te
waarschuwen.
F Houd de knop "START/STOP" langer dan
twee seconden ingedrukt of druk de knop
minstens 3 keer achter elkaar in als u de
motor geforceerd wilt afzetten (let op:
zonder de sleutel kan de motor niet meer
gestart worden).
Elektronische
startblokkering
Blokkeert het motormanagementsysteem zodra
het contact wordt afgezet en voorkomt zo het
starten van de motor bij een inbraak.
In de sleutel is een chip aangebracht die over
een specifieke code beschikt. Om te kunnen
starten, moet bij het aanzetten van het contact
de code van de sleutel worden herkend door de
startblokkering.
Bij een storing zal de auto niet starten.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Breng geen wijzigingen aan in de
elektronische startblokkering.
Rijden
6
75