10
Schuif de cartridge terug in het apparaat en sluit daarna de klep van de printer.
Voor meer informatie: zie "De tonercartridge plaatsen of vervangen" op p. 2-18.
BELANGRIJK
Nadat u de cartridge hebt vervangen en de klep van de printer hebt gesloten, is het apparaat in principe gereed
voor gebruik. Als het apparaat weer terugkeert in de stand-bystatus voor gebruik, is het probleem opgelost. Als het
apparaat niet terugkeert in de stand-bystatus voor gebruik, controleer dan of de beide hendels weer in de
oorspronkelijke stand staan en of geen vastgelopen papier in het apparaat is achtergebleven.
•
Als er een papierstoring optreedt tijdens het gebruik van de papiercassette:
1
Trek de papiercassette volledig naar buiten.
2
Pak het vastgelopen papier aan beide kanten vast en trek het in een neerwaartse hoek uit het apparaat.
3
Schuif de papiercassette in het apparaat.
4
Open en sluit de klep van de printer om de foutmelding te wissen en het apparaat te resetten.
•
Als er een papierstoring optreedt tijdens het gebruik van de MP-invoer:
1
14
Pak het vastgelopen papier aan beide kanten vast en trek het uit de MP-invoer.
2
Open en sluit de klep van de printer om de foutmelding te wissen en het apparaat te resetten.
14-6
Vastgelopen papier verwijderen