Inhoudsopgave
Advertenties
3
Voer het huidige wachtwoord van de systeembeheerder in met de numerieke toetsen
[OK].
Het wachtword dat u invoert, wordt getoond met sterretjes.
S Y S T E E M I N S T E L .
P A S S W O R D
Het huidige wachtwoord wordt getoond.
4
Open het paneel met snelkiestoetsen.
5
Druk op [Wissen] om de ID voor de systeembeheerder te annuleren of te wijzigen.
Als u de ID voor de systeembeheerder annuleert, drukt op [OK]
S Y S T . A D M I N . I N F O
2 . S Y S T E E M W A C H T W O O R D
OPMERKING
Als u de ID van de systeembeheerder annuleert, wordt het systeemwachtwoord ook geannuleerd.
6
Voer een nieuwe ID en een nieuw wachtwoord voor de systeembeheerder van maximaal zeven cijfers
(van 1 tot 9999999) in met de numerieke toetsen
Zie stap 5 - 7 van "De ID en het wachtwoord van de systeembeheerder instellen" op p. 9-2 voor informatie over
het invoeren van de ID en het wachtwoord voor de systeembeheerder.
Het nieuwe wachtwoord wordt getoond zoals u het invoert.
A F D . I D B E H E E R
7
Druk op [Stop/Reset] om terug te gaan naar de stand-bymodus.
S Y S T . A D M I N . I D
S Y S T E E M I N S T E L .
7 6 5 4 3 2 1
2 . A F D . I D B E H E E R
De ID en het wachtwoord van de systeembeheerder instellen en gebruiken.
1 2 3 4 5 6 7
Ga door met stap 7.
druk op [OK].
druk driemaal op
9
9-3
Advertenties
Inhoudsopgave
