De weerstand R van de RC-schakeling wordt
volgens onderstaande formule bepaald:
R=U/I
L
(U= spanning via de last // I
De grootte van de condensator kan met de
volgende formule worden berekend:
C=k * I
L
k=0,1 - 2 (afhankelijk van de toepassing).
Gebruik uitsluitend condensatoren van klasse
X2.
Eenheden: R = ohm; U = volt; I
= µF
Wanneer verbruikers worden gescha‐
keld die een verhoogde inschakel‐
stroom hebben (bijv. met stekkers
schakelende netvoedingen) moet een
begrenzing van de inschakelstroom
worden aangebracht.
Het uitschakelproces kan met behulp van een
oscillogram worden berekend en gedocumen‐
teerd. De spanningspiek bij het schakelcontact
is afhankelijk van de gekozen RC-combinatie.
Afb. 28: Uitschakelproces in het oscillogram
= laststroom)
L
= ampère; C
L
A0842
Montage en installeren
Afb. 29: RC-beveiligingscircuit voor de relais‐
contacten
Typische wisselstroomtoepassingen bij induc‐
tieve last:
1) last (bijvoorbeeld motorpomp alpha)
n
2) RC-beveiligingscircuit
n
–
Voorbeeld van een RC-beveiligings‐
circuit bij 230 V AC:
–
condensator
[100 ohm / 1 W] (metaal‐
–
weerstand
oxide (pulsvast))
3) relaiscontact (XR1, XR2, XR3)
n
[0,22µF/X2]
A0835
69