5.3.3
Opstellen in vochtige ruimten of buiten
Voor het gebruik in vochtige ruimten of buiten worden aandrijvingen in een corrosiewe-
rende uitvoering met een overeenkomstige laklaag voor oppervlaktebescherming gele-
verd. Werk eventuele lakbeschadiging bij (bijv. bij ontluchtingsventiel of hijsogen).
Bij de aanbouw van motoren aan adapter AM, AQ, AR, AT moeten de flensvlakken met
een geschikt afdichtingsmiddel (bijv. Loctite
5.3.4
Ontluchting van de reductor
Voor de volgende reductoren is geen ontluchting nodig:
•
•
•
•
SEW-EURODRIVE levert alle andere reductoren met een ontluchtingsventiel dat
gemonteerd en geactiveerd is in overeenstemming met de bouwvorm.
Uitzonderingen:
1. SEW levert de volgende reductoren met afsluitdop in de betreffende ontluchtings-
2. SEW levert bij aanbouwreductoren, die aan de ingaande zijde ontlucht moeten
3. SEW levert reductoren in gesloten uitvoering zonder ontluchtingsventiel.
AANWIJZING VOOR DE EXPLOSIEBEVEILIGING
De aanbouwreductoren mogen alleen door geautoriseerd personeel met motoren of
adapters worden samengebouwd. Overleg met Vector Aandrijftechniek.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde typeseries R..7, F..7, K..7, S..7, SPIROPLAN
R07 in de bouwvormen M1, M2, M3, M5 en M6
R17, R27 en F27 in de bouwvormen M1, M3, M5 en M6
®
SPIROPLAN
W-reductor W10, W20, W30
®
SPIROPLAN
W-reductor W37 in de bouwvormen M1, M2, M3, M5, M6
boring:
– draaibare opstellingen, indien mogelijk;
– reductoren voor montage in schuine stand.
Het ontluchtingsventiel zit in de aansluitklemmenkast van de motor. Vóór de inbe-
drijfstelling moet u de hoogstliggende afsluitdop vervangen door het meegeleverde
ontluchtingsventiel.
worden, een ontluchtingsventiel mee in een plastic zakje.
Mechanische installatie
Opstellen van de reductor
®
574) worden afgedicht.
®
W
5
27