248 Weerstandsremmen
P
br
P
br,max
t = 180 s
-> Het maximum toegestane remvermogen voor de cyclus is 50% van de nominale
waarde die gegeven is voor de referentie-cyclus. Dit voldoet ook aan voorwaarde
1.
Kiezen en leiden van de remweerstandskabels
■
Gebruik voor de weerstandsbekabeling hetzelfde type kabel als voor de
ingangsbekabeling van de omvormer om er voor te zorgen dat de ingangszekeringen
ook de weerstandskabel beveiligen. Als alternatief kan er een afgeschermde kabel met
twee geleiders met dezelfde doorsnede gebruikt worden.
Minimaliseren van elektromagnetische interferentie
Zorg ervoor dat de installatie voldoet aan de EMC-eisen. Volg deze regels om
elektromagnetische interferentie, veroorzaakt door de snelle spannings- en
stroomveranderingen in de weerstandskabels, tot een minimum te beperken:
•
Scherm de remweerstandskabel af. Gebruik afgeschermde kabel of een metalen
behuizing. Als u niet-afgeschermde eenaderige kabels gebruikt, leg deze dan in
een kast die de uitgestraalde emissies efficiënt onderdrukt.
•
Installeer de kabels uit de buurt van andere kabelroutes.
•
Vermijd dat ze lang parallel lopen met andere kabels. De minimum afstand tussen
parallel lopende kabels moet 0,3 meter (1 ft).zijn.
•
Kruis de andere kabels onder rechte hoeken.
•
Houd de kabel zo kort mogelijk om de uitgestraalde emissies en de spanning op
de remchopper te minimaliseren. Hoe langer de kabel, hoe groter de uitgestraalde
emissies, de inductieve belasting en de spanningspieken over de IGBT-halfgeleiders
van de remchopper.
Maximale lengte kabel
De maximum lengte van de weerstandskabel(s) is 10 m (33 ft).
Keuze van de montageplaats voor de remweerstanden
Bescherm de open (IP00) remweerstanden tegen aanraking. Installeer de remweerstand
op een plaats waar deze effectief koelt. Regel de koeling van de weerstand op een
zodanige manier dat:
t
= 30 s
600 s
br
t