Functie (menupositie)
Impuls 1...8
Benaming
Signaaltype
Klem
Signaalbron
Impulsuitgangen
De impulsuitgangsfunctie kan via een actieve uitgang, een passieve uitgang of een relais worden
ingesteld. Afhankelijk van de uitvoering staan 1 tot 8 impulsuitgangen ter beschikking.
Parameterinstelling
Impuls 1...8
Kiezen
Relais
DO actief
DO passief
A-52,
B/C/D/E-131, B/C/D/E-133,
B/C/D-135, B/C/D-137,
B/C/D-142, B/C/D-152,
B/C/D-145, B/C/D-155,
B/C/D-242, B/C/D-252
Geen
Kiezen
Lijst uitstuurbare signalen
Beschrijving
Voor een beter overzicht kan aan de betreffende impulsuitgang een naam worden gegeven
(max. 12 tekens).
Toekennen van de impulsuitgang.
Relais: de impulsen worden via een relais uitgestuurd. (de frequentie is max. 5Hz)
DO actief: Er worden geen spanningsimpulsen uitgestuurd. De voeding volgt vanuit het
instrument.
DO passief: in deze bedrijfsstand staan passieve Open Collectors ter beschikking. De voe-
ding moet extern plaatsvinden.
!
Opmerking!
"DO passief" alleen bij gebruik van uitbreidingskaarten beschikbaar.
Bepaalt de klem, waarop de impuls moet worden uitgestuurd.
Instelling welke grootheid op de impulsuitgang moet worden uitgestuurd.
Inbedrijfname
47