Download Print deze pagina

VDL Citea LLE ISB6.7 Instructie pagina 62

Euro 5 / eev

Advertenties

Rijden en bediening
5. Parkeerrem / Noodrem
2
Zet het voertuig na het parke-
ren en bij het verlaten van de
chauffeursplaats altijd op de
parkeerrem.
Trek de ring (2) omhoog en duw de par-
keerremhefboom naar voren om de par-
keerrem vrij te zetten. Trek voor het
activeren van de parkeerrem de parkeer-
remhefboom (1) helemaal naar achteren
tot hij klikt. Duw ertegen en controleer of
58
de hefboom vaststaat. Bij ingeschakelde
parkeerrem wordt op het hoofddisplay een
symbool weergegeven.
Parkeerrem als noodrem
Gebruik de parkeerrem enkel
als noodrem als de bedrijfsrem
niet werkt. Daar de parkeerrem
enkel
op
de
achterwielen
werkt, heeft deze rem beperkte
remcapaciteit. De wielen kun-
nen slippen, omdat de parkeer-
rem niet uitgerust is met EBS.
Beweeg de parkeerremhefboom geleidelijk
naar achteren om het voertuig geleidelijk
af te remmen. Houd de handel in het
beweegbare (niet vergrendelde) gedeelte
van het slagbereik. In de achterste stand
zijn de achterwielen van het voertuig maxi-
maal beremd.
Parkeren / Stranding op gladde helling
Kies nooit een parkeerplaats
op gladde hellende wegdek-
ken.
Verlaat de bestuurderspositie
niet bij stilstand van het voer-
tuig op een gladde en/of be-
sneeuwde helling. Blijf aanwe-
zig om eventueel de voetrem te
bedienen als blijkt dat door
gladheid de grip van de wielen,
waarop de parkeerrem werkt,
lager is dan de optredende
zwaartekracht om het voertuig
staande te houden.
Zorg bij ritten waarin gladde hellingen kun-
nen voorkomen voor een bijrijder, zodat de
chauffeur op zijn bestuurdersplaats kan
blijven indien het voertuig tot stilstand komt
op een gladde helling.
Houdt mobiele telefoon en regionaal
alarmnummer onder handbereik om
desgewenst externe hulp in te roepen.

Advertenties

loading