•
Vervang, de wielbout indien nodig.
Controleer na het vervangen
van
een
wielbout
andere
wielbouten
betreffende wielnaaf en ver-
vang
de
wielbouten
nodig.
Controleer de wielmoer van de
vervangen wielbout. Vervang
de wielmoer bij twijfel.
ook
de
van
de
indien
•
Breng op de pasrand van de velg een
dunne vetlaag aan. Deze vetlaag heeft
tot doel vastroesten van de velg aan de
wielnaaf tegen te gaan
•
Breng op de pasrand van de wielnaaf
een dunne vetlaag aan.
Reparaties onderweg
ILBd0004
•
Controleer of de aanligvlakken van de
velg en de naaf goed schoon zijn. Rei-
nig deze, indien nodig.
•
Reinig de wielmoeren en breng tussen
de drukring en de moer een druppel
olie aan.
•
Reinig de wielbout en breng op de eer-
ste draadwinding van de wielbouten
eveneens een druppel olie aan.
•
Breng het wiel en wielmoeren aan.
Draai de moeren handvast.
•
Verwijder de krik en draai de moeren
gelijkmatig volgens de in de afbeelding
getoonde volgorde aan. Voor het voor-
geschreven
Wielen (
154).
1
ILBd0005
5
aanhaalmoment,
zie:
127