Schakelaarpaneel links
Obstakelsensoren kunnen het
knielen doen stoppen en de
bus weer op rijniveau zetten
2
wanneer ze een obstakel waar-
nemen.
Gelijktijdig zal dit symbool op
het
hoofddisplay
worden.
Knielen is niet mogelijk met te
lage luchtdruk. Het luchtve-
ringssysteem werkt alleen bij
ingeschakeld contact. Als het
voertuig in de hef of kniel
stand staat en het contact
wordt uitgeschakeld dan zal
het voertuig terug gaan naar
rijniveau als het contact weer
ingeschakeld wordt.
b. Omhoog door bovenzijde schakelaar
minimaal 1 seconde in te drukken.
40
Deze positie wordt gebruikt als
de bodem vrijheid van de bus
te laag wordt door een obsta-
kel. Het voertuig kan terug
gezet worden naar rijniveau
door kort op het onderste
gedeelte van de schakelaar te
drukken.
Het voertuig gaat automatisch
naar rijniveau bij een voertuig-
zichtbaar
snelheid boven 30 km/h.
7. Luchtvering, knielen voorzijde/stij-
gen
Met deze veerretourschakelaar
kan men de voorzijde van de
bus laten knielen. Voorwaarden
voor knielen, zie
knielen/ stijgen (
a. Omlaag door onderzijde schakelaar
ingedrukt te houden tot laagste punt is
bereikt. Inschakelen alleen mogelijk bij
stilstaande bus en geopende deur(en).
b. Omhoog door bovenzijde schakelaar
minimaal 1 seconde in te drukken.
8. Lichtschakelaar
De lichtschakelaar heeft drie
posities:
0
I
II
9. Schakelaar mistlampen achter
Met behulp van deze veerre-
tour schakelaar kan men de
Luchtvering,
mistachter-lichten inschakelen
39).
wanneer het dimlicht/ grootlicht
reeds is ingeschakeld.
Na
gewenst de schakelaar opnieuw bediend
moeten worden.
De indicatielamp in de schakelaar en de
waarschuwingsindicator op het instrumen-
Indrukken onderkant: verlichting uit.
Parkeer- en markeerverlichting aan.
Dagrijverlichting zal dan uitgaan.
Indrukken bovenkant: dim-/ groot-
licht, parkeer- en markeerverlichting
aan.
Als de lichten zijn ingescha-
keld, zal de indicatielamp in de
schakelaar branden.
uitgeschakeld
contact
zal
indien