Hoofdstuk Veiligheid
Gebruik uw heftruck niet vlak bij een andere heftruck.
Hou altijd een veilige afstand aan tot andere
heftrucks, en zorg voor een voldoende afstand om
veilig te kunnen stoppen.
Haal nooit andere voertuigen in.
Gebruik uw heftruck niet om andere heftrucks te
duwen of te trekken.
Laat geen andere heftruck de uwe duwen of slepen.
Indien een heftruck niet wil bewegen, roept u de
hulp in van een servicemonteur.
Heftrucks mogen alleen worden getankt op speciaal
daartoe voorbehouden plaatsen. Schakel de motor
uit tijdens het tanken.
Roken en het hanteren van open vuur tijdens het
tanken is streng verboden. Dit verbod geldt ook
tijdens het veranderen van de LPG-tank.
Veeg gemorste brandstof op, en vergeet niet de
brandstoftank te sluiten voor u de motor start.
Parkeer
de
heftruck
aangewezen plaatsen. Breng de vorken volledig
naar beneden, plaats de richtingshefboom in
NEUTRALE stand, trek de parkeerrem aan, en draai
de sleutel in de stand OFF. Verwijder de sleutel en
plaats blokken achter de wielen, zodat de heftruck
niet kan gaan rollen. Schakel uw heftruck uit indien
u hem verlaat.
Controleer de toestand van uw heftruck aan het
einde van de werkdag.
De uitlaat van alle inwendige verbrandingsmotoren
bevat
koolmonoxide,
smaakloos,
giftig
koolmonoxide
gezondheidsproblemen, met inbegrip van dood
veroorzaken en vermijd onnodige leegloop van de
motor. Stop, wanneer misselijkheid, duizeligheid of
hoofdpijn worden ondervonden, de truck en zoek
verse lucht.
-28-
uitsluitend
op
een
kleurloos,
gas.
Blootstelling
kan
ernstige
schade
daartoe
reukloos,
aan
of