PARAMETERBESCHRIJVINGEN
M1
Afb. 83: Vergrendelingslogica 3
A. Nieuwe startvolgorde van motoren
Wanneer het systeem stopt of overgaat naar de slaapmodus, wordt de volgorde hersteld
naar 1, 2, 3, 4, 5.
P3.15.3 FR OPNEMEN (ID 1028)
Met deze parameter kunt u de bestuurde motor/pomp opnemen in het autowissel- en
vergrendelingssysteem.
Als de bestuurde motor/pomp niet wordt opgenomen, is motor 1 altijd de regelende motor.
Raadpleeg de handleiding voor bedradingsschema's voor beide gevallen.
Nummer
Naam optie
optie
0
1
Ingeschakeld
BEDRADING
De aansluitingen voor parameterwaarden 0 en 1 zijn verschillend.
OPTIE 0, UITGESCHAKELD
De frequentieregelaar is direct verbonden met Motor 1. De andere motoren zijn
hulpmotoren. Deze zijn via magneetschakelaars verbonden met de netspanning en worden
via relais aangestuurd door de frequentieregelaar. De autowissel- of de vergrendelingslogica
heeft geen effect op Motor 1.
LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/
ID428 = TRUE
M2
M4
A
De frequentieregelaar is altijd verbonden met Motor 1. De
Disabled
vergrendelingen hebben geen effect op Motor 1. Motor 1
wordt niet opgenomen in de autowissellogica.
De frequentieregelaar kan met alle motoren in het systeem
worden verbonden. De vergrendelingen hebben effect op alle
motoren. Alle motoren worden opgenomen in de autowissel-
logica.
M5
M3
Beschrijving
VACON · 321
10