VACON · 216
P3.1.4.13.2 KOPPELSTABILISATIEVERSTERKING BIJ HET VELDVERZWAKKINGSPUNT (ID 1414)
Met deze parameter kunt u de versterking instellen voor koppelstabilisatie bij het
veldverzwakkingspunt bij open-loopregeling.
De koppelstabilisatie stabiliseert eventuele schommelingen in het geschatte koppel.
Er worden twee versterkingswaarden gebruikt. Koppelstabilisatie bij het
veldverzwakkingspunt is een constante versterking bij alle uitgangsfrequenties.
Koppelstabilisatieversterking verandert lineair vanaf de nulfrequentie tot aan de frequentie
bij het veldverzwakkingspunt. De versterking is maximaal bij 0 Hz en neemt af tot nul bij het
veldverzwakkingspunt. De afbeelding toont de versterking op basis van de
uitgangsfrequentie.
P
Koppelstab.versterking FWP
P
Koppelstab.versterking
Afb. 26: De koppelstabilisatieversterking
P3.1.4.13.3 DEMPINGSTIJDCONSTANTE KOPPELSTABILISATIE (ID 1413)
Met deze parameter kunt u de dempingstijdconstante voor koppelstabilisatie instellen.
P3.1.4.13.4 DEMPINGSTIJDCONSTANTE KOPPELSTABILISATIE VOOR PMM (ID 1735)
Met deze parameter kunt u de dempingstijdconstante voor koppelstabilisatie bij PM-motoren
instellen.
10.2.7
SENSORLOZE BESTURING
P3.1.6.1 SENSORLOZE BESTURING (ID 1724)
Met deze parameter kunt u de functie Sensorloze besturing inschakelen.
10.3
START/STOP-INSTELLINGEN
U moet verschillende start- en stopopdrachten geven voor elke bedieningsplaats.
EXTERNE BEDIENINGSPLAATS (I/O A)
Gebruik de parameters P3.5.1.1 (Stuursignaal 1 A), P3.5.1.2 (Stuursignaal 2 A) en P3.5.1.3
(Stuursignaal 3 A) om digitale ingangen te selecteren. Deze digitale ingangen besturen de
10
Versterking
Effectieve versterking
P
Veldverzwakkingspunt
LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/
PARAMETERBESCHRIJVINGEN
Uitgangsfreq.