VACON · 308
Afb. 72: Ontwaakmodus: absoluut niveau
Afb. 73: Ontwaakmodus: relatief referentiepunt
P3.13.5.5 REF 2 SLAAPFREQUENTIE (ID 1075)
Zie de beschrijving van parameter P3.13.5.1.
P3.13.5.6 REF 2 SLAAPVERTRAGING (1076)
Zie de beschrijving van parameter P3.13.5.2.
P3.13.5.7 REF 2 ONTWAAKNIVEAU (ID 1077)
Zie de beschrijving van parameter P3.13.5.3.
P3.13.5.8 SP2 ONTWAAKMODUS (ID 1020)
Zie de beschrijving van parameter P3.13.5.4.
10.14.6
TERUGKOPPELBEWAKING
Maak gebruik van terugkoppelbewaking om te zorgen dat de PID-feedbackwaarde (de
proceswaarde of de werkelijke waarde) binnen de ingestelde grenswaarden blijft. Met deze
functie kunt u bijvoorbeeld een leidingbreuk constateren en overstromingen voorkomen.
Deze parameters bepalen het bereik waarin het PID-feedbacksignaal onder normale
omstandigheden moet blijven. Als het PID-feedbacksignaal langer dan de ingestelde
vertraging buiten het ingestelde bereik komt, wordt er een terugkoppelbewakingsfout
gegenereerd (foutcode 101).
P3.13.6.1 TERUGKOPPELBEWAKING INSCHAKELEN (ID 735)
Met deze parameter kunt u de functie Terugkoppelbewaking inschakelen.
Gebruik terugkoppelbewaking om te zorgen dat de PID-terugkoppelwaarde binnen de
ingestelde limieten blijft.
10
Referentie
PID-referentie
Ontwaakniveau
Referentie
PID-referentie
Ontwaakniveau
LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/
PARAMETERBESCHRIJVINGEN
t
t