VACON · 262
10.6.4
ANALOGE INGANGEN
P3.5.2.1.1 AI1 SIGNAALSELECTIE (ID 377)
Met deze parameter kunt u het AI-signaal koppelen aan de analoge ingang van uw keuze.
Deze parameter is programmeerbaar. Zie Tabel 121 Standaardfunctie van de
programmeerbare digitale en analoge ingangen.
P3.5.2.1.2 AI1-SIGNAAL FILTERTIJD (ID 378)
Met deze parameter kunt u storingen uit het analoge ingangssignaal filteren.
U kunt deze parameter activeren door een waarde groter dan 0 op te geven.
AANWIJZING!
Een lange filtertijd zorgt voor een tragere responstijd van de regeling.
ingangssignaal
100%
Afb. 47: Het AI1-signaalfilter
P3.5.2.1.3 AI1 SIGNAALBEREIK (ID 379)
Met deze parameter kunt u het bereik van het analoge signaal wijzigen.
De waarde van deze parameter wordt genegeerd als de parameters voor aangepaste
schaling worden gebruikt.
Gebruik de DIP-switches op de besturingskaart om het type analoog ingangssignaal (stroom
of spanning) in te stellen. Zie de installatiehandleiding voor meer informatie.
Het is ook mogelijk om het analoge ingangssignaal te gebruiken als frequentiereferentie.
Door 0 of 1 te selecteren, verandert u de schaal van het analoge ingangssignaal.
10
Analoog
[%]
Ongefilterd signaal
63%
ID378
LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/
Gefilterd signaal
PARAMETERBESCHRIJVINGEN
t [s]