Opbouw en werking van de basismachine
62
WAARSCHUWING
Gevaren door het grijpen en opwikkelen door onbeveiligde delen
van de cardanas in de zone van de krachtoverdracht tussen
tractor en aangedreven machine!
Werk alleen met volledig beveiligde aandrijving tussen tractor en
aangedreven machine.
•
De onbeveiligde delen van de cardanas moeten altijd door een
beschermplaat aan de tractor en een beschermtrechter aan de
machine beveiligd zijn.
•
Controleer of de beschermplaat aan de tractor resp. de
beschermtrechter aan de machine en de veiligheids- en
beschermingsvoorzieningen de gestrekte cardanas minstens 50
mm overlappen. Als dit niet het geval is, mag u de machine niet
via de cardanas aandrijven.
•
Gebruik alleen de bijgeleverde cardanas of het bijgeleverde
cardanastype.
•
U dient de bijgeleverde gebruiksaanwijzing van de cardanas te
lezen en in acht te nemen. Het deskundige gebruik en
onderhoud van de cardanas beschermt u tegen zware
ongevallen.
•
Let voor het aankoppelen van de cardanas
ο
op de bijgeleverde gebruiksaanwijzing van de cardanas.
ο
het toegestane aandrijftoerental van de machine.
ο
de juiste inbouwlengte van de cardanas. Zie hiertoe het
hoofdstuk "Lengte van de cardanas aan de tractor
aanpassen", pagina 127.
ο
de juiste inbouwstand van de cardanas. Het tractorsymbool
op de beschermbuis van de cardanas markeert de
aansluiting van de cardanas aan de tractorzijde.
•
Monteer de overbelastings- of vrijloopkoppeling altijd aan de
machinezijde als de cardanas hiermee is uitgerust.
•
Neem voor het inschakelen van de aftakas de
veiligheidsvoorschriften voor het gebruik van de aftakas in het
hoofdstuk "Veiligheidsvoorschriften voor de bediener", pagina 34
in acht.
UX BAG0054.0 11.07