Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Montage Smartlan/485 Ethernet Kaart (Optie); Montage Smartletloose/One Bluskaart (Optie); Wandbevestiging - INIM Electronics SmartLine Handleiding Voor Installatie, Programmering En Besturing

Inhoudsopgave

Advertenties

Handleiding voor installatie en programmering
6.2

Montage SmartLAN/485 Ethernet kaart (optie)

Met de SmartLAN/485-kaart kunnen de parameters van de centrale op afstand geprogrammeerd worden
via LAN/internet aan de hand van SmartLeague-software. Verder kan de SmartLAN/485-kaart naar een
configureerbaar IP-adres een UDP-gegevenspakket versturen bij iedere gebeurtenis die door de centrale
wordt geregistreerd; in dit pakket bevindt zich de beschrijving van de gebeurtenis die zich op de centrale
voordeed in leesbare vorm.
Dankzij deze tweede functionaliteit kunnen de branddetectiecentrales gecontroleerd worden via INIM-
software (SmartLook) of in om het even welke supervisiesoftware geïntegreerd worden.
Raadpleeg de handleiding in bijlage bij de kaart voor meer details en voor de installatieprocedure.
6.3

Montage SmartLetLoose/ONE bluskaart (optie)

De bluskaart wordt verpakt in een kartonnen doos geleverd. In de doos vindt u naast de bluskaart (IN015)
ook een plastic zakje met daarin:
• Brug voor aansluiting tussen de bluskaart en de SmartLine-kaart
• Bevestigingsschroeven
• Weerstanden en dioden lijnuiteinde.
1
4
Afbeelding 13 - Montage van de bluskaart
1. Draai de vier bevestigingsschroeven van het metalen deksel los en neem het deksel weg.
2. Draai de vier bevestigingsschroeven van het plastic bakje los en neem het bakje weg.
3. Draai de SmartLine-kaart in de aangegeven positie.
4. Plaats de bluskaart in zijn zitting.
5. Bevestig de bluskaart met de meegeleverde schroeven.
6. Verbind alle J13 PINS van de SmartLine-kaart (paragraaf 4.2 - [P]) met de respectievelijke J2 PINS van
de bluskaart.
7. Breng de SmartLine-kaart terug in de oorspronkelijke positie.
8. Monteer het plastic bakje opnieuw.
Opmerking:
Wanneer de bluskaart eenmaal aangesloten is, moet u die nog configureren zodat de centrale deze kaart
kan beheren. Raadpleeg het hoofdstuk programmering.
6.4

Wandbevestiging

6.4.1 Centrale
1. Laat de kabels door de kabelklemmoffen lopen zodat die de handelingen niet belemmeren.
2. Plaats de wand met 4 gaten voor pluggen van 8mm ter hoogte van de 4 bevestigingsgaten van de
metalen basis van de centrale (paragraaf 4.1 - [M]).
Installatieprocedure
2
5
3
6
29

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Smartline020-2Smartline020-4Smartline036-4

Inhoudsopgave