12
Verzorging
12.4.3
12.4.4
12.5
12.5.1
132
Waterinstallatie ontsmetten
Alleen goedgekeurde ontsmettingsmiddelen uit de vakhandel gebruiken.
Houd rekening met mens en dier.
Het ontsmettingsmiddel moet voldoen aan de nationale voorschriften en
(indien voorgeschreven) voor gebruik toegestaan zijn.
Uitstromend mengsel van water met ontsmettingsmiddel opvangen en
vakkundig als afval afvoeren.
Bij het ontsmetten van de waterinstallatie op dezelfde wijze te werk gaan als
bij het reinigen van de waterleidingen (zie sectie 12.4.2). Hierbij echter ont-
smettingsmiddel in plaats van reinigingsmiddel gebruiken.
Afvalwatertank reinigen
De afvalwatertank na ieder gebruik reinigen.
Afvalwatertank leegmaken.
De reinigingsopening op de afvalwatertank en de aftapkraan openen.
Afvalwatertank grondig met vers water uitspoelen.
Indien mogelijk de afvalwatersondes door de reinigingsopening met de
hand reinigen.
Verzorging bij gebruik van het voertuig in de winter
Strooizout schaadt de onderkant en de delen die zijn blootgesteld aan spat-
water. Wij adviseren, het voertuig in de winter vaker te wassen. Vooral de
mechanische en de aan de oppervlakte behandelde delen en de onderkant
van het voertuig worden belast en dienen derhalve grondig te worden gerei-
nigd.
Bij vorstgevaar de verwarming altijd tot tenminste 15 °C laten verwar-
men. Circulatieluchtventilator (indien aanwezig) op automatisch zetten.
Bij extreme buitentemperaturen bovendien meubelluiken en -deuren iets
openen. De binnenstromende warme lucht kan het bevriezen, bijv. van
waterleidingen en de vorming van condenswater in de opbergruimten te-
gengaan.
Bij vorstgevaar bovendien de ramen aan de buitenkant van het voer-
tuig's nachts afdekken met winter-isoleermatten.
Voorbereidingen
Voertuig controleren op lak- en roestschade. Schade evt. herstellen.
De metalen delen aan de onderkant met een beschermmiddel op was-
basis beschermen tegen roest.
Gelakte buitendelen met een hiervoor geschikt middel conserveren.
3495617 - 02/23 - EHG-0012-05NL