De koppelingsas alleen gebruiken, in-
dien deze is voorzien van alle be-
schermbuizen en beschermkappen
voor de trekker en de machine. De be-
schermdelen vervangen zodra ze zijn
beschadigd.
Als de precisiezaaimachine wordt
ingezet in combinatie met een
grondbewerkingsmachine voorzien van
een pakkerwals en voor de beperking
van het hefvermogen van de
combinatie de zaaimachine boven de
pakkerwals op te heffen er een
hefframe is gebruikt, moet het hefframe
van de grondbewerkingsmachine zijn
uitgerust met een hoogtebegrenzer.
Hierdoor kan de kruiskoppeling van de
koppelingsas geen grotere hoek maken
30°.
4.3
De turbine aandrijven met
verschillende aftakastoerentallen
van de trekker
De turbine (Fig. 52/1) wordt door de aftakas van de
trekker met de koppelingsas en de V-
snaaroverbrenging (Fig. 52/2) aangedreven.
Door de verschillende diameters "D" van de
snaarschijf (Fig. 52/3) kan de ingaande tussenas
(Fig. 52/4) met verschillende aftakastoerentallen van
de trekker worden aangedreven zonder dat het
toerental van de turbine verandert.
De beschermkap (Fig. 52) van de
tussenaandrijving werd voor deze
opname verwijderd!
Machine alleen met volledig gemon-
teerde beschermkap in bedrijfstellen!
De kruiskoppeling mag geen grotere
hoek maken dan 25°.
Ter voorkoming van schade aan de
koppelingsas en de aftakas van de tur-
bine, deze alleen bij een laag motortoe-
rental van de trekker rustig inschakelen.
Fig. 52
De bouten voor het vastzetten van de
snaarschijf uitsluitend met een
elastische schroefdraadborging (bijv.
Loctite) bevestigen!
43
ED02 DB701 01.03