Pagina 1
Bedieningshandleiding E +S 300 E +S H 300 E +S 750 E +S H 750 Multifunctionele strooier Lees deze bedieningshandlei- ding voor gebruik door en volg MG3463 de aanwijzingen zorgvuldig op! BAG0084.6 09.15 Printed in Germany Bewaar de bedieningshandlei- ding voor toekomstig gebruik!
Pagina 2
Het mag niet onbelangrijk of overbodig voorkomen, deze ge- bruiksaanwijzing te lezen en zich aan de aanwij- zingen te houden; het volstaat niet van anderen te horen, dat de machine goed is, ze daarom te ko- pen en te denken dat alles vanzelf gaat. De per- soon in kwestie berokkent niet alleen zichzelf schade maar zal ook fouten maken waarbij het mislukken niet aan zichzelf doch aan de machine...
Pagina 3
+ 49 (0) 5405 50 1-0 Email: amazone@amazone.de Bestellen van onderdelen De lijsten met vervangingsonderdelen zijn vrij toegankelijk via het Portaal Vervangingsonderdelen op www.amazone.de. Wij verzoeken u uw orders bij uw AMAZONE-dealers te plaatsen. Over deze bedieningshandleiding Documentnummer: MG3463 Productiedatum: 10.14 ...
Pagina 4
Wij passen onze bedieningshandleidingen regelmatig aan. Uw sug- gesties helpen ons onze bedieningshandleidingen nog gebruikers- vriendelijker te maken. AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG Postfach 51 D-49202 Hasbergen Tel.: + 49 (0) 5405 50 1-0 E-mail: amazone@amazone.de E+S BAG0084.6...
Inhoud Tips voor de gebruiker ................8 Doel van het document ......................8 Plaatsaanduidingen in de bedieningshandleiding ..............8 Gebruikte beschrijvingen ......................8 Algemene veiligheidsinstructies ..............9 Verplichtingen en aansprakelijkheid ..................9 Beschrijving van veiligheidssymbolen ................... 11 Organisatorische maatregelen ....................12 Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen .................
Tips voor de gebruiker Tips voor de gebruiker Het hoofdstuk Tips voor de gebruiker bevat informatie over het om- gaan met de bedieningshandleiding. Doel van het document Deze bedieningshandleiding • beschrijft de bediening en het onderhoud van de machine. • voorziet u van belangrijke informatie om veilig en efficiënt met de machine te werken.
Algemene veiligheidsinstructies Algemene veiligheidsinstructies Dit hoofdstuk bevat belangrijke instructies om veilig met de machine te werken. Verplichtingen en aansprakelijkheid Instructies in de bedieningshandleiding opvolgen Kennis van de basisveiligheidsinstructies en veiligheidsvoorschriften is de eerste voorwaarde om veilig en zonder storingen met de machi- ne te kunnen werken.
Pagina 10
Algemene veiligheidsinstructies Gevaren bij het werken met de machine De machine is gebouwd volgens de allernieuwste techniek en de erkende veiligheidstechnische regels. Toch kunnen er zich bij het gebruik van de machine gevaren en beschadigingen voordoen • voor het leven van de gebruiker of derden, •...
Algemene veiligheidsinstructies Beschrijving van veiligheidssymbolen Veiligheidsinstructies worden aangegeven met een driehoekig veilig- heidssymbool en een signaalwoord. Het signaalwoord (GEVAAR, WAARSCHUWING, VOORZICHTIG) beschrijft de ernst van het drei- gende gevaar en heeft de volgende betekenis: GEVAAR verwijst naar een direct gevaar met een hoog risico dat de dood of zwaar lichamelijk letsel (verlies van lichaamsdelen of langdu- rig letsel) ten gevolge kan hebben als het gevaar niet wordt ver- meden.
Algemene veiligheidsinstructies Organisatorische maatregelen De eigenaar dient de benodigde persoonlijke veiligheidsuitrustingen ter beschikking te stellen, zoals: • Veiligheidsbril • Veiligheidsschoenen • Beschermende kleding • Beschermingsmiddelen voor de huid, enz. De bedieningshandleiding • altijd daar bewaren waar de machine wordt gebruikt! •...
Algemene veiligheidsinstructies Scholing van de personen Alleen geschoolde en geïnstrueerde personen mogen met/aan de machine werken. De eigenaar dient de bevoegdheden voor het be- dienen en onderhouden duidelijk vastleggen. Personen die nog moeten worden opgeleid, mogen alleen onder toe- zicht van een ervaren persoon met/aan de machine werken. Personen Voor de activi- Geïnstrueerd...
Algemene veiligheidsinstructies Veiligheidsmaatregelen voor normaal gebruik Gebruik de machine alleen als alle veiligheids- en beschermingsvoor- zieningen volledig functioneren. Controleer de machine tenminste een keer per dag op waarneembare schade en het correct functioneren van de veiligheids- en bescher- mingsvoorzieningen. Gevaren door resterende energie Houd rekening met mechanische, hydraulische, pneumatische en elektri- sche/elektronische resterende energie in de machine.
Onderdelen, slijtageonderdelen en hulpstoffen Onderdelen van de machine die niet meer in perfecte staat zijn, die- nen direct te worden vervangen. Gebruik uitsluitend originele AMAZONE-onderdelen en slijtageonder- delen of de door AMAZONEN-WERKE goedgekeurde onderdelen, zodat de goedkeuring volgens nationale en internationale voorschrif- ten van kracht blijft.
Algemene veiligheidsinstructies 2.13 Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machine Houd alle waarschuwingsstickers op de machine altijd schoon en goed leesbaar! Vervang onleesbare waarschuwingsstickers. Bestel de waarschuwingsstickers aan de hand van het bestelnummer (bijv. MD075) bij uw dealer. Plaats van de waarschuwingsstickers en overige aanduidingen De volgende afbeeldingen geven aan waar de waarschuwingsstickers op de machine zijn aangebracht.
Pagina 17
Algemene veiligheidsinstructies Opbouw waarschuwingssticker Waarschuwingsstickers geven gevaarlijke plaatsen op de machine aan en waarschuwen voor restgevaren. Op deze gevaarlijke plaatsen doen zich permanent of onverwacht gevaarlijke situaties voor. Een waarschuwingssticker bestaat uit 2 vlakken: Vlak 1 beschrijft het gevaar in de vorm van een illustratie en is omringd door een driehoekig veiligheidssymbool.
Pagina 18
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD075 Gevaar als gevolg van snijden of amputatie van vingers en handen als gevolg van bewe- gende machinedelen! Deze gevaren kunnen zwaar letsel met verlies van delen van vingers of handen veroorzaken. Reik nooit met uw handen of armen in de ge- vaarlijke plaats zolang de tractormotor met aan- gesloten cardanas / hydraulisch systeem loopt.
Pagina 19
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD082 Gevaar voor personen voor het vallen van treeplanken en platforms bij het meerijden op de machine resp. bij het beklimmen van aan- gedreven machines! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken.
Pagina 20
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD093 Gevaar voor vastgrijpen of opwikkelen door toegankelijke aangedreven elementen van de machine! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken. Open of verwijder nooit de beschermingsvoor- zieningen van de aangedreven elementen van de machine zolang de tractormotor bij aangeslo- ten cardanas / aangekoppelde hydraulische aandrijving draait.
Pagina 21
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD097 Gevaar voor beknellen van het gehele li- chaam door oponthoud binnen het slagbereik van de driepuntsophanging bij de bediening van de driepuntshydraulica! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken. •...
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD116 Dit pictogram geeft het noodzakelijke aandrijftoe- rental (540 1/min) en de draairichting van de cardanas aan machinezijde aan. MD199 De maximale werkdruk in het hydraulische sys- teem bedraagt 210 bar. 2.14 Gevaren bij het negeren van de veiligheisinstructies Het negeren van de veiligheidsinstructies •...
Algemene veiligheidsinstructies 2.16 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten vanwege het ontbreken van verkeers- en ge- bruiksveiligheid! De machine en tractor voor gebruik altijd controleren op verkeers- en gebruiksveiligheid! 2.16.1 Algemene veiligheidsinstructies en voorschriften ter voorkoming van onge- vallen •...
Pagina 24
Algemene veiligheidsinstructies • Voordat u de machine aan de driepuntshydraulica van de tractor aan- of loskoppelt, dient u de bedieningshendel van het hydraulisch systeem van de tractor te blokkeren in een positie waarin onbe- doeld heffen of zakken wordt uitgesloten! •...
Pagina 25
Algemene veiligheidsinstructies Transport van de machine • Bij het rijden op de openbare weg dient u zich aan de geldende verkeersregels te houden! • Controleer voor transport ο of voedingsleidingen correct zijn aangebracht; ο of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is; ο...
• Vervang beschadigde en verouderde hydraulische slangen! Ge- bruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE! • Gebruik hydraulische slangen niet langer dan zes jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar. Ook...
Algemene veiligheidsinstructies 2.16.3 Elektrisch systeem • Bij werkzaamheden aan het elektrische systeem dient u altijd de accu (minpool) los te koppelen! • Gebruik uitsluitend de voorgeschreven zekeringen. Het gebruik van te zware zekeringen veroorzaakt onherstelbare schade aan het elektrische systeem – brandgevaar! •...
Pagina 28
Algemene veiligheidsinstructies • Let in bochten op de toelaatbare hoek en de schuifafstand van de aandrijfas! • Controleer vóór het inschakelen van de aftakas, of het gekozen aftakastoerental van de tractor overeenkomt met het toelaatbare aandrijftoerental van de machine. • Stuur personen weg uit de gevarenzone van de machine voordat u de aftakas inschakelt.
Maak voordat u elektrisch gaat lassen aan tractor en aange- bouwde machines eerst de kabel van de dynamo en accu van de tractor los! • Reserveonderdelen moeten minimaal voldoen aan de door AMAZONEN-WERKE vastgestelde technische eisen! Originele AMAZONE-onderdelen voldoen aan deze eisen! E+S BAG0084.6...
Op- en afladen Op- en afladen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken en/of zich stoten door het onbedoeld vallen van de omhoog gebrachte machine! • Gebruik beslist de aangegeven sjorpunten voor het bevestigen van bevestigingsmiddelen, wanneer u de machine met behulp van een hefwerktuig op- en aflaadt.
Beschrijving van het product Beschrijving van het product Lees dit hoofdstuk bij voorkeur bij de machine. Zo raakt u optimaal vertrouwd met de machine. Overzicht van bouwgroepen Afb. 5 (1) Frame (2) Bak (3) Bodemgroep (4) Strooischijven (5) Strooibreedte beschermkap uit meerdere segmenten (6) Cardanas of hydraulische aandrijving (7) Cardanasbeveiliging (8) Afscherm- en functierooster in de bak...
Beschrijving van het product Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen • Cardanasbeveiliging als beveiliging tegen aanraking van de draaiende cardanas. • Beschermrooster in de bak als beveiliging tegen aanraken van het draaiende roerwerk. • Afschermplaat om te voorkomen dat er mest naar voren wordt uitgeworpen.
Beschrijving van het product Gebruik volgens voorschriften De multifunctionele AMAZONE-strooier E + S 300 / 750 • is uitsluitend bedoeld voor normaal gebruik ο in de winter voor het strooien op wegen, paden en pleinen; ο voor het bezanden van sportvelden en golfbanen;...
Beschrijving van het product In de gevarenzone van de machine mogen geen personen aanwezig zijn • zolang de tractormotor met aangesloten cardanas / hydraulisch systeem loopt. • zolang tractor en machine niet tegen onbedoeld starten en weg- rollen zijn beveiligd. De bedieningspersoon mag de machine alleen bewegen of werkge- reedschappen van transport- in arbeidsstand en van arbeidsstand in transportstand zetten of in beweging brengen wanneer er geen per-...
Beschrijving van het product Benodigde tractoruitrusting Om de machine in overeenstemming met de voorschriften te gebrui- ken, dient de tractor te voldoen aan de volgende voorwaarden. Motorvermogen van de tractor Bakinhoud: 300 l vanaf 15 kW (20 pk) 750 l vanaf 30 kW (40 pk) Elektrisch systeem Accuspanning:...
Opbouw en werking Opbouw en werking Werking Langs de trechterwand of AMAZONE E+S r glijdt het te strooien materiaal naar de uitstroom- opening (Afb. 10/1) in de bodemgroep (Afb. 10/2). De roerstaaf (Afb. 10/3) zorgt voor een gelijkmatige dosering op de strooischotel.
Opbouw en werking Strooischijven Strooischijf winterdienst met strooiplaten voor het verspreiden van zout, zand, split en mengsels. Afb. 11 Strooischijven met strooiplaten voor het ver- spreiden van gegranuleerde meststoffen. ο Maximale werkbreedte: 10m ο Strooibreedtebegrenzing omhoog ge- zwenkt ο Gebruik van mestkorrelroerkop. Afb.
Als de draairichting van de strooischijven verkeerd is, moeten de slangen van de motor, van de trekker of van beide worden verwis- seld. Voorwaarden voor het bereiken van het standaard- strooischijftoerental van 280 min E+S 300/750 Vereist aftakastoerental: 540 min E+S 300H Vereiste litercapaciteit hydraulische olie: 28 l/min...
Opbouw en werking 5.3.1 Berekening van de vereiste litercapaciteit Motorvolume [cc] x strooischijftoerental [min Vereiste litercapaciteit [l/min] = 1000 aftakastoerental [min Strooischijftoerental [min Gegeven: Voorbeeld Aftakastoerental volgens strooitabel: 540 min Motorvolume:165 cc Gezocht: Vereiste litercapaciteit van de tractor die overeenkomt met een afta- kastoerental van 540 min 540 min Strooischijftoerental:...
Met deze bak bedraagt het strooischijftoerental ca. 280 min bij een aftakastoerental van 540 min Afb. 14: Cardanas in parkeerstand. • E+S 300: cardanas 560 mm • E+S 750: cardanas 810 mm Afb. 14 Bij de winterdienst wordt standaard een aftakastoerental van 540 min ingesteld.
Pagina 43
Opbouw en werking WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen door niet-beveiligde on- derdelen van de cardanas in de buurt van de krachtoverbrenging tussen tractor en aangedreven machine! Werk alleen met volledig beveiligde aandrijving tussen tractor en aangedreven machine. • De niet-beveiligde onderdelen van de cardanas moeten altijd door een beschermplaat op de tractor en een afschermtrechter op de machine zijn beveiligd.
Opbouw en werking • Gebruik alleen de bijgeleverde aandrijfas resp. het bijgeleverde aandrijfastype. • Lees de meegeleverde bedieningshandleiding van de cardanas en neem de instructies in acht. Door het juiste gebruik van de cardanas kunnen zware ongevallen worden voorkomen. • Let bij het aankoppelen van de cardanas op het volgende ο...
Pagina 45
Opbouw en werking Kettingen mogen niet blijven hangen aan onderdelen van de tractor of de machine. 7. Controleer of de vrije ruimte rond de cardanas in alle bedrijfs- omstandigheden toereikend is. Onvoldoende vrije ruimte leidt tot beschadiging van de cardanas. 8.
Opbouw en werking 5.4.2 Cardanas loskoppelen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken of zich stoten door te wei- nig vrije ruimte bij het afkoppelen van de cardanas! Koppel de machine van de tractor af, voordat u de cardanas van de tractor afkoppelt.
Opbouw en werking Hydraulische aansluitingen • Alle hydraulische slangleidingen zijn voorzien van grepen. Op de grepen bevinden zich kleurmarkeringen met een marke- ringsgetal of -letter, om de betreffende hydraulische functie van de persleiding aan een tractorregeleenheid toe te kennen! Bij de markeringen is folie op de machine gelijmd, die de betreffende hydraulische functies verduidelijken.
Opbouw en werking Maximaal toelaatbare druk in de olieretourleiding: 10 bar Sluit de olieretourleiding daarom niet op de regeleenheid van de trac- tor aan, maar op een drukloze olieretourleiding met grote steekkoppe- ling. WAARSCHUWING Gebruik als olieretourleiding alleen DN16-leidingen en kies korte retourwegen.
Opbouw en werking 5.5.2 Hydraulische slangleidingen loskoppelen 1. Zet de bedieningshendel op de regeleenheid in de tractor in de neutrale stand. 2. Verwijder de hydraulische stekers uit de hydraulische moffen. 3. Bescherm de hydraulische contactdozen met behulp van stofaf- dekkappen tegen verontreiniging. 4.
Opbouw en werking Doseerschuif De doseerschuif zorgt afhankelijk van instelling voor een bepaalde opening van de doorlaatopening in de bak. Door de vrijgegeven opening komt het strooigoed op de strooischijf. Omdat de strooi-eigenschappen van het strooigoed nogal kunnen verschillen, wordt aangeraden om de gekozen schuifstand voor de gewenste strooihoeveelheid te controleren door een controle van de hoeveelheid strooigoed.
Pagina 51
Opbouw en werking Hydraulische schuifbediening (optioneel) • Zet de wijzer op de gewenste schaalwaarde voor het instellen van de hoeveelheid en zet de wijzer vast. Hydraulische schuifbediening I: • De doorlaatopening wordt geopend met behulp van een trek- veer. • De doorlaatopening wordt hydraulisch gesloten met een enkelvoudig werkende hydraulische cilinder.
Opbouw en werking Draaibare bodemgroep De bodemgroep met de doorlaatopening voor het strooigoed kan om de verticale middenas worden gedraaid. Hierdoor kan het afgiftepunt van het strooigoed op de strooischijf worden ingesteld en dus het strooigebied aan de eisen worden aan- gepast.
Opbouw en werking Driepuntsaanbouwframe Het frame van de E+S is zodanig uitgevoerd, dat het voldoet aan de eisen en afmetingen van de driepuntsaanbouw categorie I of II. (1) Trekstangpen categorie I (2) Trekstangpen categorie II (3) Topstangpen categorie I en II (4) Drie borgpunten voor trekstang (5) Twee borgpunten voor topstang Afb.
Opbouw en werking 5.10 Exactstrooi-inrichting (optioneel) De in de breedte instelbare exactstrooi-inrichting dient voor de exacte afbakening van de werk- breedte. Afb. 22 Exactstrooi-inrichting instellen: 1. Maak de excentrische hefboom aan beide zijden los (Afb. 23/1). 2. Maak de verstelhefboom (Afb. 24/1) aan beide zijden los.
Het opklapbare afdekzeil garandeert ook bij nat weer droog strooigoed. Afb. 26 5.12 Bakopzetstukken (optioneel) Afb. 27/... Bakopzetstukken S130 voor E+S 300 Bakopzetstukken S250 voor E+S 750 Afb. 27 Boordcomputer AMADOS 5.13 (optioneel) Voor het gebruik van de E+S met boordcomputer AMADOS moet de...
Opbouw en werking 5.14 Elektrische instelling strooibreedte (optioneel) Met de elektrische instelling strooibreedte kan de strooibreedte vanuit de tractor op de schakelkast worden ingesteld. Afb. 29 E+S BAG0084.6...
Opbouw en werking 5.15 Transport- en parkeerinrichting (afneembaar, optioneel) Met de afneembare transport- en parkeerinrichting is aankoppelen aan de driepuntshydraulica van de tractor en manoeuvreren op het erf en in gebouwen makkelijk. Om wegrijden van de kunstmeststrooier te voorkomen, zijn de twee rollen voorzien van een vastzetsysteem.
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Dit hoofdstuk voorziet u van informatie over • het inbedrijfstellen van uw machine; • de wijze waarop u kunt controleren of u de machine aan uw trac- tor kunt aansluiten/aankoppelen. • Voor het in bedrijf stellen van de machine moet de gebruiker deze handleiding hebben gelezen en begrepen.
Inbedrijfstelling Controleren of de tractor geschikt is WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar voor breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! • Controleer of uw tractor geschikt is voordat u de machine aan de tractor koppelt.
Inbedrijfstelling 6.1.1.1 Benodigde gegevens voor de berekening Afb. 31 [kg] Eigen gewicht van tractor zie bedieningshandleiding van tractor of [kg] Voorasbelasting van de lege tractor kentekenbewijs [kg] Achterasbelasting van de lege tractor [kg] Totaalgewicht van aan achterzijde aange- zie technische gegevens van machine of het koppelde machine of gewicht aan achterzij- gewicht aan de achterzijde [kg]...
Inbedrijfstelling 6.1.1.2 Berekening van het minimaal noodzakelijke ballastgewicht voor G om de be- V min stuurbaarheid van de tractor te waarborgen • − • • • Voer de waarde van het berekende minimale ballastgewicht G V min dat aan de voorzijde van de tractor nodig is, in de tabel (hoofdstuk 6.1.1.7) in.
Pagina 62
Inbedrijfstelling 6.1.1.7 Tabel Daadwerkelijke waarde Toelaatbare waarde Dubbel toelaatbaar volgens berekening volgens bedienings- draagvermogen handleiding van tractor (twee banden) Minimaal ballastgewicht voor/achter Totaalgewicht ≤ Voorasbelasting ≤ ≤ Achterasbelasting ≤ ≤ • Raadpleeg het kentekenbewijs van uw tractor voor de toelaatba- re waarden voor het totaalgewicht van de tractor, de asbelastin- gen en het draagvermogen van de banden.
Inbedrijfstelling Lengte van de cardanas aan de tractor aanpassen WAARSCHUWING Gevaren door beschadigde en/of vernielde, wegvliegende on- derdelen ontstaan, als de aandrijfas bij het oplichten/zakken van de aan de tractor aangekoppelde machine wordt samengedrukt of uit elkaar wordt getrokken, omdat de lengte van de aandrijfas niet goed is aangepast! Laat de lengte van de cardanas in alle bedrijfsstanden door een vak- werkplaats controleren en zo nodig aanpassen, voordat u de cardan-...
Pagina 64
Inbedrijfstelling WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken door onbedoeld • wegrollen van de tractor en de aangekoppelde machine! • zakken van de opgelichte machine! Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en wegrol- len, en de opgelichte machine tegen onbedoeld zakken voordat u de gevarenzone tussen tractor en opgelichte machine betreedt voor het aanpassen van de cardanas.
Inbedrijfstelling Beveilig de tractor/machine tegen onbedoeld starten en wegrollen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vast- grijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten bij handelingen aan de machine door • onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven, onbeveiligde machine;...
Machine aan- en afkoppelen Machine aan- en afkoppelen Raadpleeg bij het aan- en afkoppelen van machines het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", blz. 23. WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, vastgrijpen, opwikkelen en/of stoten als gevolg van het onbedoeld starten en wegrollen van de tractor bij het aan- of afkoppelen van de cardanas en de voedingska- bels! Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en wegrol-...
Machine aan- en afkoppelen Machine aankoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten bij het aankoppelen van de machine tussen tractor en machine! Stuur personen weg uit de gevarenzone tussen tractor en machine voordat u naar de machine rijdt. Aanwezige personen mogen alleen aanwijzingen naast de tractor en de machine aanwijzingen geven en pas na stilstand tussen tractor en machine gaan staan.
Pagina 68
Machine aan- en afkoppelen 1. Controleer de machine bij het aankoppelen grondig op zichtbare gebreken. Neem hierbij de informatie in het hoofdstuk "Verplich- tingen van de chauffeur", blz. 9in acht. 2. Stuur personen weg uit de gevarenzone tussen tractor en ma- chine voordat u naar de machine rijdt.
Machine aan- en afkoppelen Machine afkoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten • als gevolg van onvoldoende stabiliteit en kantelen van de afgekoppelde machine op en ongelijke, zachte ondergrond! • Plaats de afgekoppelde machine altijd met lege bak op een hori- zontaal oppervlak met een stevige ondergrond.
Instellingen Instellingen Neem bij alle werkzaamheden ten behoeve van het afstellen van de machine de aanwijzingen in de volgende hoofdstukken in acht • "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machi- ne", vanaf blz. 18 en • "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 23. Het opvolgen van deze aanwijzingen is voor uw eigen veiligheid.
Instellingen Werkbreedte instellen Afhankelijk van het betreffende strooigoed kunnen verschillende werkbreedten worden ingesteld. Winterdienst Mest strooien Werkbreedte in meters 4-10 Hiervoor moet de strooibreedtebegrenzing met de aangegeven hoek volgens de strooitabel worden opgelicht. Afb. 34 Afhankelijk van de uitvoering de instelling strooibreedte uitvoeren: •...
Instellingen 8.2.1 Controle van de werkbreedte De ingestelde werkbreedte controleren met • meetlat of • op het zicht. Komt de werkelijke strooibreedte niet met de gewenste strooibreedte overeen, dan de werkbreedte instelling veranderen. Verandering van de werkbreedte als volgt uitvoeren: werkbreedte vergroten: •...
Instellingen Instelling van de montagehoogte WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten voor personen ach- ter/onder de kunstmeststrooiers als gevolg van het onbedoeld wegvallen van de machine, wanneer de topstanghelften per on- geluk uit elkaar worden gedraaid of getrokken! Stuur personen weg uit de gevarenzone achter resp. onder de ma- chine, voordat u de montagehoogte van de topstang instelt.
Pagina 75
Instellingen Uitvoeren van de verandering van de strooihoeveelheid ( 1. Maak de verstelhefboom (Afb. 36/1) los. 2. Stel de schuif (Afb. 36/2) zodanig af, dat de wijzer (Afb. 36/3) op de gewenste waarde van de schaalverdeling staat. 3. Zet de verstelhefboom vast. Bij het handmatig afstellen van de strooihoeveelheid wordt de schuif ge- opend en stroomt er bij een gevuld...
Instellingen Controle van de afgifte De strooihoeveelheid [g/m²] is afhankelijk van: • de stand van de doseerschuif. • de rijsnelheid. • het aftakastoerental. • de toestand van het te strooien materiaal (gekorreld, grof/fijn, vochtig/ droog) Wij adviseren een afdraaiproef uit te voeren bij wisselen van strooi- goed of verandering van de toestand van het strooigoed.
Pagina 77
Bedieningscomputer EasySet Fl [m²/min] W [m/min] x A [m] • Fl: capaciteit • W: afgelegde weg • A: werkbreedte F [km/h] • W [m/min] W: afgelegde weg • • F: Rijsnelheid Voorbeeld: Rijsnelheid F: 3 km/h werkbreedte A: gewenste strooihoeveelheid St: 50 g/m²...
Bedieningscomputer EasySet Bedieningscomputer EasySet (1) Toets in- en uitschakelen Na het inschakelen toont het display de waarde voor de ingestelde strooihoeveel- heid en de waarde voor de ingestelde werkbreedte. (2) Display (3) Functietoetsen Deels met lichtdiode voor weergave van de geactiveerde functie Fig.
Bedieningscomputer EasySet Een knipperend display geeft aan, dat de schuifstand of de strooibreedtebegrenzing niet is gesynchroniseerd. • Schuif synchroniseren. • Strooibreedtebegrenzing synchroniseren. Functies Bediening van de schuif Schuif openen/sluiten. → De lichtdiode toont de geopende schuif. → De schuif opent tot de ingestelde waarde voor de strooihoeveelheid.
Pagina 80
Bedieningscomputer EasySet Bediening van de strooibreedte-instelling Strooibreedte-instellinge heffen/neerlaten. → De lichtdiode geeft de neergelaten strooi- breedte-instelling aan. → De strooibreedtebegrenzing daalt tot de ingestelde waarde voor de werkbreedte. → De waarde voor de werkbreedte wordt ook bij opgetilde strooibreedtebegrenzing ge- toond.
Bedieningscomputer EasySet Aansluiting Bewaar de bedieningscomputer in een droge omgeving als u deze uit de trac- torcabine verwijdert. Fig. 39 Storingsmeldingen Foutmeldingen worden met een E (Error) gemar- keerd. • E06 – Servomotor schuif reageert niet • E32 – Servomotor strooibreedtebegrenzing reageert niet •...
Bedieningscomputer EasySet EasySet kalibreren Schuif kalibreren EasySet moet onder de volgende omstandigheden worden gekali- breerd: • Na werkzaamheden aan de bodemgroep of vervangen van de doseermotor. • Wanneer de gewenste en werkelijke strooihoeveelheid niet overeenkomen. EasySet is uitgeschakeld! Tegelijkertijd de toetsen inschakelen en schuif- stand+ gedurende 3 seconden indrukken.
Pagina 83
Bedieningscomputer EasySet Strooibreedtebegrenzing kalibreren EasySet is uitgeschakeld! Tegelijkertijd de toetsen inschakelen strooibreed- tebegrenzing+ gedurende 3 seconden indrukken. → CAL verschijnt kort voor kalibratie. → Lichtdiode strooibreedtebegrenzing knip- pert. Fig. 41 Spanningswaarden in Volt worden getoond. (1) Kalibratiewaarde bij strooibreedtebegren- zing boven (2) Kalibratiewaarde bij strooibreedtebegren- zing onder 1.
Transport Transport • Raadpleeg bij transportritten het hoofdstuk "Veiligheidsinstruc- ties voor de gebruiker", blz. 25. • Controleer voor transport ο of voedingskabels correct zijn aangebracht. ο of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is; ο het hydraulische systeem op in het oog lopende gebreken; WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten door onbedoeld losgaan van de aangekoppel-...
Pagina 85
Transport WAARSCHUWING Het zonder toestemming meerijden op de machine kan ertoe leiden dat de machine omkantelt! Het is verboden om personen mee te laten rijden op de machine en/of rijdende machines te betreden. • Breng de multifunctionele strooier bij vervoer over de openbare weg slechts zo ver omhoog dat de bovenzijde van de reflectors zich maximaal 900 mm boven het wegdek bevindt! •...
Werken met de machine Werken met de machine Houd u bij het werken met de machine aan de aanwijzingen van hoofdstukken • "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machi- ne" en • "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 23 Het opvolgen van deze aanwijzingen is voor uw eigen veiligheid. WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken of ingesloten raken als gevolg van toegankelijk bewegende machi-...
Pagina 87
Werken met de machine WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen en gevaar voor het weg- slingeren van vastgegrepen voorwerpen in de gevarenzone van de aangedreven cardanas! • Controleer voor elk gebruik van de machine of de veiligheids- en beschermingsvoorzieningen van de aandrijfas goed werken en intact zijn.
Pagina 88
Werken met de machine • De maximale hoekverdraaiing van een kruiskoppeling van de cardanas mag niet groter zijn dan 25°. • Schakel de aftakas altijd uit, als de hoek van de as te groot wordt of de as niet meer nodig is! •...
Werken met de machine 11.1 Strooier vullen WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar als gevolg van breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! Houd rekening met de maximale belading van de aangebouw- de/aangekoppelde machine en de toelaatbare asbelasting en opleg- druk van de tractor! Rijd indien nodig met een gedeeltelijk gevulde bak.
Werken met de machine 11.2 Berekening van de strooitrajecten Het maximaal mogelijke traject dat kan worden gestrooid met een bakvulling is afhankelijk van: • de hoeveelheid meegevoerd strooimateriaal; • de strooidichtheid (g/m • de werkbreedte (m). Trechterinhoud Het strooitraject kan als volgt worden bepaald: = strooitraject Strooidichtheid (voor 1 m werkbreedte)
Werken met de machine 11.3 Strooien • De strooiplaten zijn vervaardigd van bijzonder slijtvast en roest- vrij staal. Toch zijn de strooiplaten aan slijtage onderhevig. WAARSCHUWING Gevaar voor het uitwerpen van delen van de strooiplaten, als gevolg van versleten strooiplaten! Controleer dagelijks voor aanvang / aan het einde van de strooiwerk- zaamheden alle strooiplaten op zichtbare gebreken.
Pagina 92
Werken met de machine WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen bij contact met de aan- gedreven agitator bij het beklimmen van de machine! • Beklim de machine nooit bij draaiende tractormotor. • Beveilig tractor en machine tegen onbedoeld starten en wegrol- len, voordat u de machine beklimt.
Storingen Storingen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vast- grijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door • onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine. • onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen van de machine.
Reinigen, service en onderhoud Reinigen, service en onderhoud WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vast- grijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door • onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine. • onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen van de machine.
Pagina 95
Reinigen, service en onderhoud Reinigen met hogedrukreiniger/stoomstraal • U dient de volgende aanwijzingen bij het reinigen met een ho- gedrukreiniger/stoomstraal beslist op te volgen: ο Reinig geen elektrische onderdelen. ο Reinig geen verchroomde onderdelen. ο Richt de straal van de hogedrukreiniger of stoom-cleaner nooit rechtstreeks op de smeerpunten, lagers, typeplaat, waarschuwingsborden en kleefolie, symbole ostrzegawcze i folie samoprzylepne.
Reinigen, service en onderhoud 13.2 Volledige reiniging na het seizoen Na het seizoen moet de machine worden gedemonteerd en gerei- nigd; gedemonteerde onderdelen moeten afzonderlijk worden gerei- nigd. Afb. 42 Machine demonteren: 1. Verwijder het rooster. 2. Draai het roerwerk linksom en verwijder dit. 3.
Reinigen, service en onderhoud 13.3 Smeervoorschrift Smeermiddelen Gebruik voor het smeren een multipurpose vet op basis van verzeept lithium met EP-additieven. Bedrijf Smeermiddelaanduiding Normale gebruiksomstan- Extreme gebruiksomstan- digheden digheden ARAL Aralub HL 2 Aralub HLP 2 FINA Marson L2 Marson EPL-2 ESSO Beacon 2 Beacon EP 2...
Reinigen, service en onderhoud 13.4 Onderhoudsschema – overzicht • Voer de onderhoudswerkzaamheden uit zodra de eerste termijn is bereikt. • Tijdsintervallen, draai-uren van de motor of service-intervallen van de eventueel bijgeleverde documenten van derden hebben voorrang. Dagelijks Onderhoudswerkzaamheden Zie blz. Onderdeel Vakwerkplaats •...
Reinigen, service en onderhoud 13.6 Vervangen van de strooiplaten en zwenkvleugels WAARSCHUWING Gevaar voor scharen, snijden, amputatie, vastgrijpen, opwikke- len, naar binnen trekken, ingesloten raken of stoten bij alle af- stelwerkzaamheden aan de machine • als gevolg van het onbedoeld aanraken van bewegende machinedelen (strooiplaten, roterende strooischijven).
Reinigen, service en onderhoud 13.7 Hydraulisch systeem WAARSCHUWING Gevaar voor infectie door onder hoge druk staande hydraulische olie die in het lichaam dringt! • Werkzaamheden aan het hydraulische systeem mogen uitslui- tend door een vakwerkplaats worden uitgevoerd! • Laat alle druk uit het hydraulische systeem ontsnappen voordat u met de werkzaamheden aan het hydraulische systeem begint! •...
Reinigen, service en onderhoud • Bij het aansluiten van de hydraulische slangen op het hydrauli- sche systeem van de tractor moet de hydraulica van zowel de tractor als van de machine drukloos zijn! • Controleer of de hydraulische slangen correct zijn aangesloten. •...
Reinigen, service en onderhoud 13.7.2 Service-intervallen Na de eerste 10 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren 1. Controleer alle componenten van het hydraulische systeem op lekkage. 2. Trek schroefverbindingen eventueel na. Voor elke inbedrijfstelling 1. Controleer de hydraulische slangen op zichtbare gebreken. 2.
Reinigen, service en onderhoud 13.7.4 In- en uitbouwen van hydraulische slangen Neem bij het in- en uitbouwen van hydraulische slangen de volgende aanwijzingen in acht: • Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZO- • Zorg voor een schone werkplek. • U dient de hydraulische slangen zodanig in te bouwen dat er onder alle bedrijfsomstandigheden ο...
Reinigen, service en onderhoud 13.9 Aanhaalkoppels schroeven 10.9 12.9 M 8x1 M 10 16 (17) M 10x1 M 12 18 (19) M 12x1,5 M 14 M 14x1,5 M 16 M 16x1,5 M 18 M 18x1,5 M 20 M 20x1,5 M 22 M 22x1,5 1050 M 24...
Strooitabellen winterdienst Strooitabellen winterdienst • Aftakastoerental: 540 1/min • Afstand van de strooischijf tot de grond: 60 cm • De tabelwaarden zijn aangegeven in g/m² Afhankelijk van de kwaliteit en de samenstelling van het strooimateri- aal kunnen werkbreedte en strooihoeveelheid variëren. Een niet vol- doende geopende doseerschuif kan verstopt raken en het strooimid- del beschadigen.