Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Verberg thumbnails Zie ook voor ED 02:
Inhoudsopgave

Advertenties

30
3.7

Verenkelen

Het zaad wordt door de zaaduitloop (Fig. 32/1) van
het zaadbakje naar de zaaischijf (Fig. 33/1) geleid.
Het precisiezaai-element werkt volgens het
vacuümprincipe. Het vacuüm, dat door de
aanzuigturbine wordt opgewekt, zuigt de korrels uit
de zaadvoorraad tegen de noppenvormige gaten
van de zaaischijf en geleidt het naar de afstrijker
(Fig. 32/2).
De in vijf standen instelbare afstrijker (Fig. 32/2)
zorgt ervoor dat de korrels worden afgezonderd en
zich voor elke opening slechts een korrel bevindt.
De overtollige korrels vallen terug in de zaadvoor-
raad.
De verenkelde korrels worden door het zaaihuis
naar de uitwerpopening geleid. Op het laagste punt
wordt het vacuüm onderbroken. De korrel komt los
van de nop op de zaaischijf en valt direct in de zaai-
voor die door het zaaikouter is gevormd. De val-
hoogte „a" (Fig. 34) bedraagt bij Classic-
zaaiaggregaat slechts 100 mm en bij het Contour-
aggregaat 140 mm.
De veerbelaste uitwerper, die achter de uitstroomo-
pening is aangebracht, verwijdert de korrels die in
de noppengaten zijn vast blijven zitten en zorgt er-
voor dat de zaaischijf schoon achter blijft om nieuwe
korrels aan te zuigen.
Voor de verschillende zaadsoorten zijn diverse
kunststof zaaischijven (extra toebehoren) beschik-
baar, die eenvoudig kunnen worden verwisseld.
ED02 DB701 01.03
Fig. 32
Fig. 33
Fig. 34

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave