2.4.2.4
Bedieningspaneel met Qc1212™
controller
A1
S3
S20
N22
Q1
S26
X10
A1 ....... Qc1212™ controller
Om de generator te bedienen is het QAS 5
80-200 bedieningspaneel uitgerust met een
Qc1212™ controller. Deze controller be-
vindt zich in de besturingskast en communi-
ceert via een display aan de voorkant. De
controller voert alle nodige taken uit om de
generator te besturen en de beveiligen zodat
hij in heel wat verschillende toepassingen
kan worden ingezet.
S3 .......Noodstopknop
Druk de knop in om de generator in geval
van nood te stoppen. Werd de knop inge-
drukt, dan moet hij ontgrendeld worden door
hem naar links te draaien, vooraleer de gene-
rator opnieuw kan worden gestart. De nood-
stopknop kan in de vergrendelde positie
vastgezet worden met behulp van de sleutel
S12
om gebruik door onbevoegden te vermijden.
S26
S20 ..... AAN/UIT-schakelaar
S25
Plaats de startschakelaar in stand I (AAN).
De besturingskast krijgt spanning. Zet de
schakelaar in stand O (OFF) om de bestu-
ringskast uit te schakelen.
N22 ..... Aardlekdetector
Detecteert en meldt een aardlek en activeert
de hoofdstroomonderbreker Q1. Het detec-
tieniveau kan vast worden ingesteld op 0,03
A met onmiddellijke uitval, maar is ook in-
stelbaar tussen 0,1 A en 1 A met een uitval-
vertraging (0 - 0,5 sec). N22 moet met de
hand worden teruggesteld na oplossing van
het probleem (door het indrukken van reset-
toets R). Deze detectie kan worden opgehe-
ven met het aardlekrelais (S22, IN). Dit
relais moet maandelijks worden getest door
een druk op de testtoets T.
Q1 .......Hoofdstroomonderbreker
Onderbreekt de energievoorziening naar X1
als er zich een kortsluiting voordoet aan de
zijde van de belasting, of als de aardlekde-
- 24 -
tector (30 mA) of de overstroombeveiliging
QAS 5 80: 125 A, QAS 5 100: 160 A, QAS
(
5 120: 200 A, QAS 5 150: 250 A, QAS 5
200: 400 A
in werking treedt of wanneer de
)
shunt magneetspoel bekrachtigd wordt. Hij
moet manueel gereset worden zodra het pro-
bleem werd verholpen.
X1 .......Netvoeding (400 V AC)
Klemmen L1, L2, L3, N (= nulleider) en PE
(= aarding), bevinden zich achter de deur
van het controlepaneel en achter een kleine
doorzichtige deur.
S25......Boosterknop
Druk op de knop om het apparaat zijn maxi-
mumtoerental van 2550 rpm te laten berei-
ken. Daarmee is het klaar om 30 seconden
maximaal vermogen te leveren, zodat het be-
stand is tegen het starten van een elektromo-
tor of gelijk welke andere situatie met een
hoge vraag.
S26......Dienstschakelaar (de positie van deze
schakelaar is afhankelijk van de ver-
sie)
Zet de dienstschakelaar op AAN voordat u
onderhoud of reparaties uitvoert. Hierdoor
worden de condensatoren uit het energieop-
slagsysteem onbelast.
S12......Frequentiekeuzeschakelaar (50 Hz/
60 Hz)