3.
Pas de opname aan.
Selecteer [
Pas het beeld aan en druk vervolgens op de knop <
(1) Gebruik <
(2) stelt de positie van het geselecteerde gezicht voor. Door (1) aan te
passen ten opzichte van (2) kunt u de richting van de belichting
aanpassen. Als u de posities van (1) en (2) laat overlappen, wordt de
lichtbron direct voor het gezicht geplaatst.
U kunt ook slepen om de richting van de belichting aan te passen.
(3) Als u de intensiteit van het licht (
instellen, drukt u op de knop <
(4) Als u de dekking van het licht (
wilt instellen, drukt u op de knop <
(5) Voor beelden met meerdere menselijke onderwerpen, kunt u op de
knop <
gezicht te selecteren voor aanpassing voordat u verwerkingsopties
opgeeft. U kunt ook op het scherm tikken om een gezicht te selecteren.
Vergelijkingsscherm
U kunt overschakelen tussen de schermen [Na wijziging] en
[Opname-instellingen] door op de knop [
het instelwiel <
] en druk vervolgens op de knop <
> om de lichtbron te verplaatsen.
> drukken en aan het instelwiel <
> te draaien.
671
>.
laag/
standaard/
>.
spot /
gemiddeld /
>.
> draaien om een
] te drukken en aan
>.
hoog) wilt
breed)