5 5 ) ) S S n n e e l l s s t t o o p p p p e e n n
D D o o e e l l
– Vertrouwd raken met het remver-
mogen van het voertuig.
– Leer de maximale remkracht
toepassen.
A A a a n n w w i i j j z z i i n n g g e e n n
Deze oefening lijkt op de vorige oefe-
ningen, maar u gaat harder en harder
remmen tot u zo hard mogelijk remt.
Het antiblokkeerremsysteem of ABS
(Antilock Braking System) zorgt er-
voor dat de wielen niet blokkeren en
helpt u de controle over het stuur te
bewaren als u maximaal remt. Laat de
gashendel altijd volledig los om snel
te stoppen. Als u tegelijk remt en gas
geeft, neemt uw remafstand toe.
– Start aan één kant van de rechte
lijn en versnel tot 8 km/u (5 mijl/u).
.Een beetje verder op de rechte
lijn, laat u de gas volledig los en
remt bruusk. U mag niet pompend
remmen want het ABS-systeem
voorkomt dat de wielen blokkeren.
– Houd het hoofd rechtop en de
ogen vooruit, houd het stuur recht
en laat de rem niet los tot u hele-
maal stilstaat.
– Herhaal deze oefening, voer gelei-
delijk uw snelheid en remkracht
op.
NODIGE RIJVAARDIGHEID EN PRAKTIJKOEFENINGEN
Veiligheidsaanwijzingen
1. Start
2. Stop
T T i i p p s s v v o o o o r r e e x x t t r r a a o o e e f f e e n n i i n n g g e e n n
– Oefen het u in de spiegels kijken
voordat u hard remt.
6 6 ) ) S S l l a a l l o o m m
D D o o e e l l
– Ervaring opbouwen in de besturing
van het voertuig en de rijhouding.
A A a a n n w w i i j j z z i i n n g g e e n n
6 m (20 ft) s s l l a a l l o o m m
1. Slalom tussen de bakens/kruis-
punten van de parkeerplaatsen
door. Houd uw snelheid in eerste
instantie laag terwijl u de richtings-
veranderingen gewend raakt.
2. Hel in iedere bocht over en draai
het stuur in de gewenste rijrichting
door aan de handgrepen te trek-
ken en te duwen.
83