N N O O R R M M A A A A L L P P A A R R K K E E E E R R T T E E R R R R E E I I N N
1. Minstens 30 m (100 ft)
2. Minstens 75 m (250 ft)
3. 12 m (40 ft)
4. 6 m (20 ft)
5. Open terrein
Let, ook op een afgesloten terrein,
goed op voor eventueel verkeer. Kijk
voor u, opzij en achteruit voordat u
een oefening uitvoert. Let ook op voor
kinderen en dieren.
K K l l a a a a r r m m a a k k e e n n o o m m t t e e r r i i j j d d e e n n
Zorg dat u weet waar de bedienings-
elementen van het voertuig zich be-
vinden en hoe ze worden bediend.
Raadpleeg
voertuiginformatie .
Het stuur, de voetsteunen en het rem-
pedaal moeten aan de bestuurder
worden aangepast. Raadpleeg bedie-
ningselementen afstellen in het hoofd-
stuk uitrusting .
het
hoofdstuk
Veiligheidsaanwijzingen
NODIGE RIJVAARDIGHEID EN PRAKTIJKOEFENINGEN
Inspecteer het voertuig voordat u gaat
rijden. Raadpleeg het hoofdstuk In-
spectie voor het vertrek .
Schakel de motor steeds in en uit vol-
gens de aanwijzingen in de motor
starten
basisprocedures .
R R i i j j h h o o u u d d i i n n g g
In een goede rijhouding kunt u vlotter
manoeuvreren met uw voertuig. Houd
uw beide handen en beide voeten al-
tijd in de juiste positie, zodat u vlot
aan alle bedieningselementen kunt.
Uw pols zou normaal gezien een
rechte lijn moeten vormen met uw arm
(in deze positie kunt u precies dose-
ren hoeveel gas u geeft). Uw armen
moeten ontspannen en gebogen zijn.
Zit met de rug recht, het hoofd rechtop
en de ogen vooruit. Houd uw beide
voeten op de voetsteunen bij de
bedieningselementen.
Rijd nooit, zelfs niet over een korte af-
stand, in een andere dan de correcte
houding.
T T Y Y P P I I S S C C H H E E R R I I J J H H O O U U D D I I N N G G
P P r r a a k k t t i i s s c c h h e e o o e e f f e e n n i i n n g g e e n n
1 1 ) ) H H e e t t m m o o t t o o r r t t o o e e r r e e n n t t a a l l o o p p d d r r i i j j v v e e n n e e n n
d d e e m m o o t t o o r r s s t t o o p p s s c c h h a a k k e e l l a a a a r r g g e e b b r r u u i i k k e e n n
D D o o e e l l
– Leer de gashendel gebruiken.
– Leer de geluiden van de motor
herkennen bij verschillende toe-
rentallen. Zo komt u te weten
en
stoppen
in
79