3. Druk op w om de formule op te slaan en terug te keren naar het scherm met de resultaten
van de regressieberekening.
1
*
U kunt in de modus GRAPH de regressieformules niet veranderen.
4. Uitvoeren van statistische berekeningen
Alle statistische berekeningen werden gemaakt nadat een grafiek getekend was. U kunt
echter ook alleen de berekeningen maken.
u De lijsten vastleggen met de statistische gegevens
Voordat u een statistische berekening kunt uitvoeren, moet u de lijsten aanduiden waarin de
te gebruiken statistische gegevens zijn opgeslagen. Vertrekkend van het scherm met de lijsten
drukt u op 2(CALC) 6(SET).
De betekenis van de parameters is:
1Var XList ....... definieert de lijst met
1Var Freq ....... definieert de lijst met frequentiewaarden voor statistische gegevens met één
2Var XList ....... definieert de lijst met
2Var YList ....... definieert de lijst met
2Var Freq ....... definieert de lijst met frequentiewaarden voor statistische gegevens met twee
• Alle berekeningen in deze paragraaf worden gemaakt op basis van deze definities.
k Statistische berekeningen op waarnemingen met één variabele
In de voorgaande voorbeelden onder "Weergave van kengetallen van statistische
waarnemingen met één variabele" werd telkens eerst de grafiek getekend en daarna werden
(indien gevraagd) de resultaten van de statistische berekeningen weergegeven. Dit waren
numerieke uitdrukkingen die de resultaten nodig om de grafieken te tekenen, weergaven.
Om deze resultaten onmiddellijk te krijgen, drukt u op
2(CALC) 1(1VAR).
(XList)
variabele (Frequency)
variabelen (XList)
variabelen (YList)
variabelen (Frequency)
x
-waarden voor statistische gegevens met één variabele
x
-waarden voor statistische gegevens met twee
y
-waarden voor statistische gegevens met twee
6-17