5.3 Gewicht
Doseerkopmate-
Pompmodel
riaal
Roestvast staal
1.4571
DMH 280
Legering C-4,
2.4610
Roestvast staal
1.4571
DMH 281
Legering C-4,
2.4610
Roestvast staal
1.4571
DMH 283
Legering C-4,
2.4610
Roestvast staal
1.4571
DMH 285
Legering C-4,
2.4610
Roestvast staal
1.4571
DMH 286
Legering C-4,
2.4610
Roestvast staal
1.4571
DMH 287
Legering C-4,
2.4610
Roestvast staal
1.4571
DMH 288
Legering C-4,
2.4610
5.4 Slagvolume
Pompmodel
DMH 280
DMH 281
DMH 283
DMH 285
DMH 286
DMH 287
DMH 288
5.5 Materialen
Materiaal pomphuis
•
Pomphuis: Al 226.
AR-besturingseenheid behuizing
•
Bovenste deel van de behuizing: PPO mengsel
•
Onderste deel van de behuizing: aluminium.
Waarschuwing
Houd de veiligheidsinstructies van de producent van de
chemische stof aan bij de omgang met chemicaliën!
Zorg dat de pomp geschikt is voor het doseermedium!
De bestendigheid van de delen die in contact komen met
het medium hangen af van het medium, de mediumtem-
peratuur en de werkdruk. Zorg er voor dat de delen die in
Voorzichtig
contact komen met het medium chemisch bestand zijn te-
gen het doseermedium onder bedrijfsomstandigheden!
Meer informatie over de bestendigheid t.o.v. media, me-
N.B.
diatemperatuur en werkdruk is op verzoek beschikbaar.
Gewicht [kg]
Enkelpomp
Dubbelpomp
13,7
20,4
13
19
36
54
43
64
45
71
45
71
36
54
3
Slagvolume [cm
]
0,35
1,1
6
12
25,3
5,4
2,33
5.6 Gegevens van contactmanometer voor
membraanbreukdetectie (optioneel)
De volgende gegevens zijn niet geldig voor contactmano-
N.B.
meter in explosieveilige uitvoering.
De contactmanometer is voorzien van een reed-schakelaar met
elektrisch gescheiden contactuitgang, maximaal schakelvermogen
10 W voor DC-stroom of 10 VA voor AC-stroom. Het maximale
schakelvoltage bedraagt 75 V voor DC-stroom of 50 V voor AC-
stroom, maximale schakelstroom 0,5 A.
De schakelfunctie is opgesteld als NC contact. Dat wil zeggen
wanneer het membraan breekt, wordt het elektrische circuit
onderbroken.
De manometer is voorzien van een kabel van 2 meter lengte.
6. Installatie
6.1 Algemene informatie over de installatie
Waarschuwing
Houd de aanwijzingen aan m.b.t. de installatielocatie en
toepassingenbereik zoals omschreven in paragraaf Tech-
nische gegevens.
Waarschuwing
Fouten, onjuiste bediening of storingen aan het pompsys-
teem kunnen bijvoorbeeld leiden tot overmatige of onvol-
doende dosering, of de toegestane druk kan worden over-
schreden. Gevolgfouten of -schade moet door de operator
worden geëvalueerd en er moeten afdoende maatregelen
worden genomen om deze te voorkomen!
Waarschuwing
Risico van hete oppervlakken!
Pompen met AC-motoren kunnen heet worden.
Zorg voor een minimale afstand van 100 mm tot het venti-
latordeksel!
Een positief drukverschil van ten minste 2 bar is vereist
tussen de zuigklep en de persklep om de doseerpomp
correct te laten werken.
Wanneer de totale tegendruk (bij het doseerpunt) en geo-
N.B.
detische hoogteverschil tussen de zuigklep en het doseer-
punt minder is dan 2 bar (20 m WC), moet een veerbelas-
te klep direct vóór het doseerpunt worden geïnstalleerd.
Gerelateerde informatie
3.2 Pompmodellen en pomptypen
273