6
Zorg ervoor dat het
onderwerp binnen het
AF-kader is en druk
0 half in.
De scherpstelindicatie (P)
2
verschijnt en u hoort een
geluidssignaal wanneer het
onderwerp scherp wordt.
7
Druk 0 volledig in.
De gemaakte opname wordt weergegeven op de monitor
(Momentcontrole).
Beschikbare bedieningshandelingen tijdens
Momentcontrole
L
R naar rechts
J
t Memo
• U kunt f gebruiken om scherp te stellen op het
onderwerp. (p.68)
• U kunt selecteren of een piepgeluid wordt gemaakt en het
volume wijzigen bij [Geluidseffecten] in menu D1. (p.34)
• U kunt de werking en display-opties instellen voor
Momentcontrole bij [Momentcontrole] in menu A5. (p.28)
Wanneer [Weergavetijd] is ingesteld op [Vast], dan zal
Momentcontrole worden weergegeven totdat de volgende
bedieningshandeling wordt uitgevoerd.
52
Scherpstelindicatie
Verwijdert de opname.
Vergroot de opname.
Slaat de RAW-gegevens op
(alleen wanneer een JPEG-
opname was gemaakt en de
gegevens in de buffer blijven).
Hoe een intrekbaar objectief
wordt gebruikt
Er verschijnt een foutbericht op de
monitor als de camera wordt
ingeschakeld wanneer een
intrekbaar objectief, zoals smc
PENTAX-DA L 18-50mm F4-5.6
DC WR RE, aangesloten en niet
uitgeschoven is. Draai de zoomring in de richting van 2
terwijl u de knop op de ring ingedrukt houdt (1) als u het
objectief wilt uitschuiven. Het objectief trekt u in door de
zoomring in tegenovergestelde richting van 2 te draaien
terwijl u de knop op de ring indrukt, en zet de witte stip
tegenover positie 3.
Opnamen maken terwijl u de Live weergave-
opname bekijkt
1
Druk op K bij stap 5 van
"Opnamen maken met de
zoeker" (p.51).
De Live weergave wordt op
de monitor getoond.
3
2
1