1
Selecteer [Bestandsnaam] in menu D4
en druk op D.
Het scherm [Bestandsnaam] verschijnt.
2
Selecteer A of C en druk
op D.
Het scherm voor het invoeren
van tekst wordt weergegeven.
3
Wijzig de tekst.
Er kunnen maximaal vier alfanumerieke single-byte
karakters worden ingevoerd als een alternatief voor het
eerste deel van de bestandsnaam, terwijl de sterretjes
staan voor de getallen die opname na opname automatisch
hoger worden.
Raadpleeg stap 4 en 5 van "Mapnaam" (p.123) voor
informatie over hoe tekst wordt ingevoerd.
4
Druk tweemaal op F.
t Memo
• Wanneer bij [Kleurruimte] de optie [AdobeRGB] is geselecteerd,
dan is "_" het voorvoegsel van de bestandsnaam en wordt de
bestandsnaam gevormd door de eerste drie karakters van
de ingevoerde reeks karakters.
• Voor video's is "IMGP
karakters de bestandsnaam, ongeacht de instelling bij
[Kleurruimte].
Bestandsnaam
Bestandsnaam
I I M M G G P P
.JPG
_ _ I I M M G G
.JPG
I M M G G P P
I
.MOV
.MOV" of de ingevoerde reeks
Bestandsnummer
Elke bestandsnaam bestaat uit
een reeks van vier karakters en een
volgnummer tussen 0001 en 9999.
Zelfs als een nieuwe map wordt
aangemaakt bij [Opeenvolg.
nummering] van [Bestandsnummer]
in menu D4, kunt u instellen of u voor
de bestandsnaam door wilt gaan met de volgnummering.
Ook als er een nieuwe map wordt aangemaakt,
Z
wordt doorgegaan met de volgnummering voor
de bestandsnaam.
De eerste opname die in een nieuwe map wordt
Y
opgeslagen, krijgt steeds het nummer 0001.
Selecteer [Herstel bestandsnr.] als u het bestandsnummer
wilt terugzetten naar de standaardwaarde.
t Memo
• Wanneer het bestandsnummer het nummer 9999 bereikt,
wordt een nieuwe map aangemaakt en wordt het
bestandsnummer teruggezet.
Bestandsnummer
Bestandsnummer
Opeenvolg. nummering
Opeenvolg. nummering
Herstel bestandsnr.
Herstel bestandsnr.
Gebruikt opeenvolg. bestandsnr.
Gebruikt opeenvolg. bestandsnr.
in nieuwe map op basis van
in nieuwe map op basis van
laatste nummer in vorige map
laatste nummer in vorige map
6
125