Inhoudsopgave
Advertenties
Instelling
AF-gebied
wijzigen
AF1 inschakelen
AF2 inschakelen
AF uitschakelen
Belichtings-
geheugen
4
Druk op E.
5
Druk op F.
Het scherm van stap 2 verschijnt opnieuw.
Herhaal stappen 2 t/m 5.
6
Druk tweemaal op F.
Functie
Pagina
Hiermee wordt de
stand 'AF-gebied
wijzigen' of het
gebruik van de
p.70,
richtingsknoppen
p.72
ingesteld als
de functie van
de pijltoetsen.
Autofocus wordt
uitgevoerd als u op
f drukt.
Autofocus wordt
uitgevoerd wanneer
u op f drukt.
Half indrukken
p.68
van 0 is
uitgeschakeld.
Terwijl u op f
drukt, is half indrukken
van 0
uitgeschakeld.
Vergrendelt de
p.59
belichtingsinstelling.
t Memo
• U kunt de functies die zijn toegewezen aan de knoppen
bekijken, terwijl de Hulpdisplay (p.51) wordt weergegeven.
• U kunt dezelfde functie toewijzen aan zowel X als Y.
• Wanneer [Belichtingsgeheugen], [1x voor bestandsform.],
[Wi-Fi], [Nachtweerg. LCD-disp.], of [Elektr. waterpas] wordt
toegewezen aan een knop, klinkt er een pieptoon wanneer
de knop wordt ingedrukt. Om de pieptoon uit te schakelen,
wijzigt u de geluidsinstelling voor elke functie in
[Geluidseffecten] van menu D1. (p.34)
1x voor bestandsformaat instellen
U kunt het bestandsformaat tijdelijk wijzigen door op X
of Y te drukken tijdens het maken van opnamen.
Standaard is [1x voor bestandsform.] toegewezen aan X.
Selecteer voor elke [Bestandsindeling]-instelling de
bestandsindeling waarnaar moet worden overgeschakeld
wanneer X of Y wordt ingedrukt.
1
Stel [Fx1-knop] of [Fx2-knop] in op [1x voor
bestandsform.] bij stap 3 van "De werking van de
knoppen instellen" (p.114).
6
115
Advertenties
Inhoudsopgave
