11 HANDIGE EXTRA FUNCTIES
TOEWIJZEN VAN FUNCTIES AAN MENU-
NUMMERS
1 Druk op de [MENU] toets.
2 Draai aan de M.CH/VFO.CH regelaar om in te stellen op
menu-nummer 45, 46, 47 of 48.
3 Druk op de [UP] of [DOWN] toets, of de [UP] of [DWN]
toets op de microfoon om de toewijzing voor het gekozen
menu-onderdeel te wijzigen.
Menu/Functie-
nummer
OFF
Geen functie toegewezen
Zie onder "MENU-
00 ~ 68
CONFIGURATIE"
69
70
71
72
73
4 Druk op de [MENU] toets of de [CLR] toets wanneer u het
instelmenu wilt verlaten.
•
Als u de zendontvanger UIT schakelt voordat u deze
laatste stap hebt uitgevoerd, zal de zojuist gemaakte
functiekeuze komen te vervallen.
PROGRAMMEREN VAN DE VIER
FUNCTIETOETSEN
Druk op een van de vier programmeerbare functietoetsen:
ENTER, TF-SET, 1MHz of FINE.
•
De toegewezen functie wordt geactiveerd.
Na het deels of volledig terugstellen worden ook de
Opmerking:
programmeerbare functietoetsen weer op de oorspronkelijke functies
teruggesteld.
LOCK TOETSBLOKKEERFUNCTIE
De LOCK toetsblokkeerfunctie zorgt dat bepaalde toetsen
worden vergrendeld, om te voorkomen dat er per ongeluk een
verkeerde functie wordt ingeschakeld of de instellingen
veranderd worden.
Druk op de [F.LOCK] toets om de toetsblokkeerfunctie
beurtelings AAN en UIT te schakelen.
•
De aanduiding "F.LOCK" licht op wanneer de
toetsblokkeerfunctie is ingeschakeld.
AGC
AUTO
USB
N-64
Functie
Zie Blz.
—
25
22
ENTER
TF-SET
43
1MHz
20
FINE
21
68
VOICE
F. LOCK
De volgende toetsen en regelaars worden NIET beïnvloed
door het beveiligen van het toestel met de
toetsblokkeerfunctie:
Toetsen die NIET
Geblokkeerd Worden
[ANT]
ATT˚[DOWN]
ATT˚[UP]
[AIP]
[AT˚TUNE]
[AUTO˚NOTCH]
[BEAT˚CANCEL]
[CLEAR]
[FULL/SEMI]
[METER]
[N.R.]
[ ] (STROOM)
[RIT]
[SEND]
[TF-SET]
[THRU/AUTO]
[TX˚EQ.]
[VOICE]
(als programmeerbare functietoets)
[VOX]
[XIT]
Ook nadat de toetsblokkeerfunctie is ingeschakeld
Opmerking:
kunt u nog wel de
Afstemknop
voor het wijzigen van uw zendfrequentie, tijdens de duplex
afstemming met gescheiden frequenties.
PIEPTOONFUNCTIE
De pieptoon dient om u hoorbaar te attenderen op een
bepaalde toestand of handeling. Er zijn 2 soorten pieptonen
met verschillende functies:
•
Ter bevestiging na het indrukken van een toets
•
Ter rapportering van een fout
De geluidssterkte van de pieptoon is instelbaar via menu-
nummer 38 (BP LV). Als u liever geen pieptonen hoort, kunt u
ze geheel uitschakelen via menu-nummer 35 (BEEP).
hieronder volgt een meer gedetailleerde beschrijving van de
diverse pieptoon-signalen.
Regelaars die NIET
Geblokkeerd Worden
AF
AGC
CAR
DELAY
KEY˚SPEED
MIC
MONI
NB
PROC
PWR
RF
RIT/XIT
SQL
gebruiken met de
toets
[TF-SET]