15.7 Afstelling met behulp van de kantelafsteleenheid
De kantelafsteleenheid is een optioneel item.
■ Bedieningsprocedure (Ga naar "■ Het scherm voor inleidende metingen openen" in dit hoofdstuk.)
Startscherm naar hoofdmenu
Configuratiescherm voor inleidende metingen
Scherm voor de kantelafsteleenheid
Scherm voor de kantelafsteleenheid
Scherm voor de bediening van
de aandrijfeenheid
15-20
1
Tik op
2
Tik op
[Meetvoorwaarden] om de voorwaarden van de
inleidende meting op te geven.
Ga naar "15.2 Meetvoorwaarden van de inleidende
TIP
meting wijzigen" (Pagina 15-3) voor meer informatie
over het instellen van de voorwaarden voor de
inleidende meting.
3
Tik op
[Bediening van de aandrijfeenheid] om het scherm
voor het bedienen van de aandrijfeenheid weer te geven.
4
Verplaats de taster naar de meetstartpositie.
Tik op de knoppen in overeenstemming met de richting en afstand
om de taster te herpositioneren.
De bewegingssnelheid verschilt naargelang de grootte van de
knop waarop u drukt. De detector beweegt het snelst met de
grootste knop. Wanneer u op de kleinere knoppen tikt, beweegt de
detector langzamer.
Door te tikken op
verplaatst.
Door te tikken op
verplaatst.
5
Tik op
[OK].
.
wordt
de
taster
naar
wordt de taster weg van de beginpositie
de
beginpositie
Nr. 99MBB465N