6.7
De inleidende meting voor kalibratie uitvoeren
Ga naar "15 INLEIDENDE METING (HULPFUNCTIES)" (pagina 15-1) om inleidende
metingen uit te voeren.
6.8
Het tasteralarm instellen
Als de taster wordt vervangen door een taster die is meegeleverd als een optioneel
accessoire om het meetbereik te vergroten, moet de instelling voor het type taster in het
systeem worden gewijzigd.
• Als de taster wordt losgemaakt en bevestigd of vervangen, voer dan zeker kalibratie
TIP
uit. Er kunnen geen correcte metingen worden verkregen zonder het instrument goed
te kalibreren.
• Voor dit systeem zijn verschillende types tasters, evenals de standaardtaster,
beschikbaar als optionele accessoires.
• De kalibratiewaarden worden afzonderlijk beheerd voor elke geregistreerde taster.
Nadat u een taster hebt geregistreerd, moet u kalibreren.
■ Bedieningsprocedure (Zie 6.2 "■ Het menuscherm voor kalibratie openen".)
Startscherm naar hoofdmenu
Menuscherm voor kalibratie
Scherm voor tasterselectie
Nr. 99MBB465N
1.
Tik op
Het venster voor het selecteren van het type taster verschijnt.
2
Tik op de in te stellen taster.
6. KALIBRATIE
op het menuscherm voor kalibratie.
6-21