AF-werking
1-beeld AF voor niet-bewegende onderwerpen
Servo AF voor bewegende onderwerpen
AF-hulplicht
U kunt de eigenschappen selecteren voor de AF-werking die bij de opnameomstandigheden
en het onderwerp passen. In basismodi wordt automatisch de optimale AF-bediening voor
de betreffende opnamemodus ingesteld.
1.
Draai het programmakeuzewiel naar een creatieve modus.
2.
Stel de scherpstelmodus in op AF.
Voor RF-lenzen zonder scherpstelmodusknop
Stel [
: Scherpstelmodus] in op [AF].
Voor RF-lenzen met scherpstelmodusknop
Stel de scherpstelmodusknop op de lens in op <
141
>.