VERWARMING, HANDBEDIENDE AIRCONDITIONING
G
De lucht wordt naar alle ventilatie-
roosters in het dashboard en de
voetenruimtes gevoerd.
J
De lucht wordt naar de ventilatie-
roosters in het dashboard ge-
voerd.
Hierbij mogen niet alle roosters gesloten
zijn.
B
C
Achterruitverwarming
Druk bij draaiende motor op de toets B (het
controlelampje in de toets licht op).
De achterruit wordt nu snel ontwasemd en
de buitenspiegels worden verwarmd (afhan-
kelijk van de uitvoering).
Om deze functie uit te schakelen, drukt u op-
nieuw op de toets B.
De verwarming schakelt na enige tijd auto-
matisch uit.
(2/4)
Regeling van de
ventilateursnelheid
Draai de knop C van 0 naar 4.
De ventilatie in de auto is "geforceerd". Dit
betekent dat de draaisnelheid van de ven-
tilateur bepaalt hoeveel lucht er in de auto
stroomt en dat de rijsnelheid van de auto
daar nog maar weinig invloed op heeft.
Hoe verder u de knop rechtsom draait, hoe
meer lucht er wordt verplaatst.
3.9