KINDERVEILIGHEID: uitschakelen, inschakelen van de passagiersairbag voorin
1
Inschakelen van de
passagiersairbags voorin
Zodra het kinderzitje van de passagiersstoel
verwijderd is, moet u de airbag weer inscha-
kelen om de voorpassagier bij een botsing
te beschermen.
Weer inschakelen van de airbags: stil-
staande auto, druk de grendel 1 in en draai
hem in de stand ON.
Met contact aan, moet u verplicht controle-
ren of het controlelampje 2 uit is.
De aanvullende veiligheidsvoorzieningen
van de autogordel van de voorpassagier zijn
ingeschakeld.
2
Storingen
In geval van een storing aan het systeem
voor het in- en uitschakelen van de passa-
giersairbags, is het verboden een achterste-
voren geplaatst kinderzitje op de voorstoel
te gebruiken.
Het gebruik van de voorstoel door een pas-
sagier wordt ook afgeraden.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een merk-
dealer.
(3/3)
Het inschakelen of het uitscha-
kelen van de passagiersairbag
moet gebeuren met contact
uit.
Als
dit
bij
rijdende
auto
beurt, lichten de controlelampjes
©
en
op.
Om de staat van de airbag weer in over-
eenstemming te brengen met de stand
van de grendel, zet u het contact uit en
weer aan.
ge-
å
1.29